Programmabegroting 2024

In de begroting voor 2024 blijft het werken aan een leefbare stad centraal staan. We blijven investeren in het vergroenen en klimaatbestendiger maken van de stad, in het bevorderen van schone en ruimte-efficiënte mobiliteit en het toevoegen van ruimte om te spelen, bewegen en ontmoeten. We blijven ook werken aan een eerlijke, inclusieve woningmarkt, die toegankelijk is voor iedereen. En aan ruimte voor ondernemen, kennis en cultuur. Dit alles op basis van de ambities die zijn opgenomen in het beleidsakkoord ‘Samen leven in Leiden’.

2024 zal tegelijkertijd ook een jaar worden met de nodige uitdagingen. Naar verwachting zullen rentes relatief hoog blijven en de bouwkosten ook. Dit maakt dat de uitvoerbaarheid van zowel woningbouwprojecten als projecten gericht op de herinrichting van openbare ruimte ook komend jaar onder druk zal blijven staan. Het college wil zich maximaal inspannen om projecten die al in de startblokken staan ook daadwerkelijk uitgevoerd te krijgen. Onder andere door in te zetten op hulplijnen van het Rijk, zoals de Regeling Startbouwimpuls, de Regeling Woningbouwimpuls en de Investeringsagenda NOVEX Zuidelijke Randstad. Maar ook door zelf waar nodig en mogelijk meer te investeren. Dat is nodig om op koers te blijven van het bouwen van gemiddeld 1.000 woningen per jaar en het jaarlijks toevoegen van ruimte voor circa 1.000 arbeidsplaatsen.

Het doel blijft daarbij om locatie- en gebiedsontwikkelingen zodanig te programmeren en te ontwerpen dat zij optimaal bijdragen aan een duurzamere en inclusievere stad. Dat doen we door de openbare ruimte in verstedelijkingsprojecten, net zoals in mobiliteitsprojecten en duurzame wijkvernieuwingen, groen en klimaatadaptief in te richten met veel ruimte voor spel, sport en ontmoeting. Ook reserveren we ruimte voor woon- en woonzorgconcepten die gericht zijn op bijzondere vormen van samenwonen, onder andere door de aanwezigheid van een fusie (een gezamenlijke woonkamer en keuken in een studentenhuis), gezamenlijke huiskamer en (semi)openbare tuinen. Deze bijzondere woonconcepten moeten ook bijdragen aan het bevorderen van de doorstroming. Door nieuwe woningen dermate aantrekkelijk te maken voor bijvoorbeeld ouderen, zijn zij eerder bereid uit een grotere eengezinswoning te verhuizen en daarmee ruimte vrij te maken voor gezinnen.

In 2024 voeren we een aantal woningmarkreguleringsinstrumenten in. De bedoeling van de inzet van deze instrumenten is dat iedereen in Leiden fijn kan wonen. Om dat te bereiken wordt de woningmarkt in Leiden op een dusdanige manier gereguleerd dat de huidige knelpunten met betrekking tot misstanden in de particuliere verhuur, overlast door te veel verkamering en het opkopen van woningen door beleggers van betaalbare koopwoningen die verdwijnen in het dure huursegment adequaat worden aangepakt.

Komend jaar focussen we ons op gebiedsontwikkelingen in de nabijheid van NS-stations Centraal en Lammenschans en de R-nethaltes van buslijnen 400, 410 en 430. We hanteren daar relatief lage parkeernormen en verlangen juist een extra inspanning op fiets- en deelmobiliteit. Op deze manier leveren deze gebiedsontwikkelingen een optimale bijdrage aan de beoogde transitie naar een duurzamer mobiliteitsprofiel. Ook programmeren we ruimte voor ontbrekende buurtgerichte voorzieningen, waaronder ruimte voor huisartsen, kinderdagverblijven en ruimte om te werken voor lokale ondernemers.

Voor vrijwel al deze ontwikkelingen zijn al kaders door de raad vastgesteld in de vorm van bijvoorbeeld gebiedsvisies voor het Stationsgebied, Park De Zwijger, de Schipholweg, het Vondelkwartier en Lammenschans. Daar waar dat nog niet is gebeurd, zoals bij Westerpoort en in Meerburg, betrekken we de omgeving bij het opstellen van deze plannen. Daarbij zullen we ook de eerste ervaringen opdoen met het werken onder de Omgevingswet, die op 1 januari 2024 in werking treedt. Deze wet vraagt om meer inspanningen van projectontwikkelaars op het gebied van participatie, waarbij we als gemeente wel nadrukkelijk betrokken zullen blijven en het proces samen met alle partijen goed willen doorlopen.

In 2024 verandert als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet ook de wijze waarop projecten juridisch-planologisch worden toegestaan. Het bestemmingsplan maakt plaats voor het omgevingsplan en daarin wordt op een geheel andere wijze regels voor het bebouwen en gebruiken van grond gesteld en ontsloten. Op 1 januari starten we met het zogenaamde Omgevingsplan-van-rechtswege. Tot januari 2032 loopt de transitie naar het Leidse Omgevingsplan wat voldoet aan de eisen van de nieuwe wet. We hebben veel gedaan om ons op de inwerkingtreding van de Omgevingswet voor te bereiden, zoals de vaststelling van werkafspraken tussen het college en de raad in oktober van 2021. Desondanks blijft de komende periode om de nodige capaciteit vragen, zowel van de ambtelijke organisatie als college en raad, om te wennen aan en te werken met dit nieuwe instrumentarium en de content voor de verschillende instrumenten te genereren.

Bestemmingsplannen waarvan het ontwerp bestemmingsplan voor ingaan van de Omgevingswet ter inzage zijn gelegd, kunnen na de inwerkingtreding van de Omgevingswet nog op basis van de Wro worden afgerond. Projecten waarvoor dit niet meer mogelijk is én nieuwe (toekomstige) projecten, zullen na de inwerkingtreding van de Omgevingswet de vorm krijgen van een wijzigingsbesluit. De gemeenteraad zal in dat geval per project het nieuwe Omgevingsplan op onderdelen wijzigen. Op deze manier zal er altijd sprake zijn van één up-to-date Leids Omgevingsplan.

Ook versnellen we de energietransitie in Leiden. De huidige klimaat- en energiecrisis benadrukt nogmaals dat we vaart moeten maken met het gebruik van duurzame energiebronnen. Tegelijkertijd zien Leidenaars hun (energie)rekeningen verder oplopen en vragen mensen zich af of ze nog wel rond kunnen komen. Het is daarom belangrijk dat we energiearmoede zoveel mogelijk bestrijden en dat iedereen meeprofiteert van isolatie, energiebesparing en schone energie. We werken met scherpe doelen richting 2030 en 2050 aan de energietransitie, onder andere door in te zetten op energiebesparing, opwekking, omschakeling en een toekomstbestendig elektriciteitsnetwerk. Om de gestelde klimaat- en beleidsdoelen te halen, is het bovendien belangrijk dat we alle Leidenaars goed betrekken. Niet alleen voor voldoende draagvlak, maar juist ook voor innovatieve en creatieve ideeën om de energietransitie een stap verder te brengen.