Programmabegroting 2025

Programmanummer

 

2

Commissie

 

Leefbaarheid en Bereikbaarheid

Portefeuille(s)

 

Bestuur, Veiligheid en Handhaving
Gezondheid, Jeugdzorg & Welzijn

De missie van het programma Veiligheid luidt:
De gemeente Leiden staat voor een stad die veilig is en voelt op het gebied van wonen, werken en leven in samenwerking met bewoners en partners.

Inleiding

In 2025 wordt verder gewerkt aan de prioriteiten die zijn vastgesteld in het Integraal Veiligheidsplan. De beleidsontwikkelingen met betrekking tot de hierin vastgestelde prioriteiten (de integrale wijk- en buurtaanpak, aanpak woonoverlast, veiligheid in de openbare ruimte, regie op jeugd / jeugdoverlast, preventie brandveiligheid, digitale veiligheid en aanpak ondermijning) worden in het vervolg van dit hoofdstuk per prestatie toegelicht. Het uitgangspunt binnen de aanpak blijft om zoveel mogelijk preventief te acteren en voor zover mogelijk te voorkomen dat vraagstukken een veiligheidsprobleem worden. De versterking van de gecombineerde inzet vanuit zowel het fysieke-, zorg- en veiligheidsdomein blijft van groot belang.

De wereld is in de afgelopen jaren duidelijk onrustiger geworden. Dit heeft ook in Leiden een merkbare impact. Het aantal demonstraties is fors toegenomen en dit zal naar verwachting ook in 2025 het geval zijn. Demonstreren is een grondrecht en het uitgangspunt is en blijft dat deze zo goed mogelijk worden gefaciliteerd. Het grootste deel van demonstraties in Leiden verloopt rustig en veilig. De goede contacten met organisatoren van demonstraties dragen hieraan bij. Het geringe aantal demonstraties met een wat disruptief karakter worden vaak niet aangemeld. Dit maakt het ook lastiger om deze demonstraties goed te faciliteren. De onrustigere wereld laat tegelijkertijd ook zien dat er stappen gezet moeten worden om de zelfredzaamheid van inwoners in tijden van rampen, crises of (langdurige) cyberstoringen te vergroten. De gemeente Leiden werkt hierin nauwgezet samen met de Veiligheidsregio Hollands Midden.

Beleidsterrein 2A Veiligheid

Doelen en prestaties bij 2A Veiligheid

Doel

Prestaties

2A1 Bewaken democratische rechtstaat en

beperken van (georganiseerde) ondermijnende

criminaliteit

2A101 Aanpak ondermijning

2A102 Aanpakken radicalisering en polarisatie

2A103 Inzet Wet Bibob

2A104 Inzet Veilige Publieke Taak

2A2 Bevorderen van veilige en leefbare

woon en leefomgeving

2A201 Beperken van overlast van personen met verward gedrag

2A202 Beperken van woonoverlast

2A203 Inzet preventie en weerbaarheid gedigitaliseerde
criminaliteit

2A204 Regievoering samenwerking jaarwisseling/vuurwerk

2A205 Inzet buurt- en wijkveiligheid en integrale wijkaanpak

2A206 Aanpak fietsendiefstal

2A207 Bestuurlijke inzet overtredingen Opiumwet en tegengaan
van drugshandel

2A3 Regie op jeugd (overlast en criminaliteit)

2A301 Inzet Stedelijke Jeugdaanpak

2A302 Inzet Dealbreakers

2A4 Fysieke veiligheid en optimaliseren crisisorganisatie

2A401 Realiseren en bestendigen van BRL-vakbekwame
gemeentelijke crisisorganisatie

2A402 Planvorming rondom grootschalige risicovolle evenement

2A403 Inzet bij rampen en (cyber)crises

2A404 Optimale preventie brandveiligheid

2A405 Inzet bij demonstraties en betogingen

2A5 Veilig ondernemen en veilig uitgaan

2A501 Risicoscan, coördinatie vergunningverlening evenement

2A502 Inzet Landelijk Programma Veilige Steden

2A503 Bijdrage aan (digitaal) veilig ondernemen

2A504 Handhaven coffeeshopsanctiebeleid

2A505 Coördinatie vergunningverlening horeca

2A506 Handhaven horecasanctiebeleid

2A507 Handhaven prostitutiebeleid

2A1.1. Aanpak ondermijning

De aanpak van de ondermijnende effecten van georganiseerde criminaliteit is een aanpak van de lange adem. Het is daarom van belang dat de pijlers van de aanpak ondermijning inmiddels structureel en geborgd zijn binnen de gemeentelijke organisatie. Het gaat hier om een sterke informatiepositie, het op niveau houden van de ambtelijke en bestuurlijke weerbaarheid tegen ondermijning, het voorkomen van ondermijning en de inzet van het bestuurlijk instrumentarium. Dat laatste, indien mogelijk en nodig, in combinatie met strafrechtelijke en/of fiscale interventies.

In lijn met het IVP zijn in 2025 de prioriteiten binnen de aanpak ondermijning het voorkomen van witwassen via vastgoed en de aanpak van georganiseerde drugscriminaliteit. Bij de aanpak van drugscriminaliteit richt de aanpak zich meer specifiek op drugshandel, (criminele) geldstromen, witwassen en jonge aanwas. Die laatste zal een samenwerking met het team Regie op Jeugd inhouden.

Structureel onderdeel van de aanpak ondermijning is in 2025:

  • Signalen van ondermijning opwerken;
  • In samenwerking met politie op lokaal niveau concrete interventies inzetten ter voorkoming van ondermijning;
  • Meedraaien in RIEC-casuïstiek, waarin wordt samengewerkt met politie, OM en Belastingdienst;
  • Het uitvoeren van integrale controles;
  • Het op niveau houden van de algemene bewustwording binnen de gemeentelijke organisatie door training en voorlichting;
  • Inzicht verkrijgen in fenomenen en modus operandi om daarbij in te zetten op het voorkomen van ondermijning

Daarnaast ligt in 2025 de focus op het vergroten van de effectiviteit van de aanpak. Dit krijgt onder meer vorm door:

  • Het vergroten van de kennis van burgers en ondernemers over het onderwerp ondermijning;
  • Meer en optimaler gebruik te maken van het bestuurlijk instrumentarium;
  • Het verbreden van de integrale samenwerking, zowel intern als extern (publieke en private partners);
  • Uitbreiden invoeren barrières;
  • Naast signaalgestuurd ook informatiegestuurd te werken door gebruik te maken van de sterke informatiepositie;
  • Het gehele proces van binnenkomst signaal tot en met de daadwerkelijke ten uitvoerlegging van bestuursrechtelijke en/of strafrechtelijke interventies te borgen;
  • Waar mogelijk in te zetten op het aanpakken van gehele netwerken;
  • Actief bij te dragen bij de ontwikkeling van nieuw beleid van andere afdelingen, om mogelijke risico’s voor ondermijnende criminaliteit in het beleid te voorkomen en mogelijke barrières op te werpen.

2A1.3 Inzet Wet Bibob

Ook in 2025 blijft de gemeente Leiden werken aan het bevorderen van integriteit. Het doen van Bibob onderzoeken draagt daar in grote mate aan bij. Ook in 2025 wordt de wet Bibob met name ingezet ten aanzien van Alcoholwetvergunningen, Omgevingsvergunningen en vastgoedtransacties.

In 2025 wordt het huidige Bibob beleid (2021) geactualiseerd aan de hand van de wijzigingen in de wet Bibob en de komst van de Omgevingswet. Ook voor de inzet van Bibob wordt in 2025 naar de effectiviteit gekeken. Zo wordt in dat kader blijvend naar maatwerkoplossingen gezocht om risico’s waar mogelijk te mitigeren. Maar ook wordt bezien of er (juridische) mogelijkheden zijn om bijvoorbeeld nauwer met andere gemeenten samen te werken. Tot slot zal er onderzocht worden of een uitbreiding moet plaatsvinden van het aantal toepassingsgebieden van Bibob en of er categorieën / branches zijn waarbij een standaardtoetsing, gelet op de kennelijke risico’s, zou moeten worden ingevoerd.

2A2.1 Beperken van overlast van personen met verward gedrag

De cijfers van politie omtrent personen met verward/onbegrepen gedrag blijven hoog. Dit is een trend die niet alleen in Leiden zichtbaar is, dit betreft landelijke ontwikkelingen waarbij de cijfers geen daling laten zien. Ook de ervaringen van onze handhavingsorganisatie zijn dat problematiek complex is en zich manifesteert in de openbare ruimte. Het gaat om mensen die de grip op hun leven (dreigen te) verliezen, waardoor het risico aanwezig is dat zij zichzelf of anderen schade berokkenen. Vaak zijn dit mensen met complexe aandoeningen in combinatie met verschillende andere problemen, zoals schulden, dakloosheid, werkloosheid, verslaving, illegaliteit.

Naast de openbare ruimte, wordt verward gedrag ook waargenomen in casuïstiek woonoverlast. Het handelingskader woonoverlast biedt instrumenten om met complexe problematiek om te gaan, maar het niet is altijd mogelijk alle problemen op te lossen voor zowel de overlastgever(s) als voor omwonenden. Als het gaat om overlastgevers die daarnaast ook een hoog veiligheidsrisico vormen, kan er een levensloopaanpak worden vormgegeven binnen het Zorg- en Veiligheidshuis.

Voor personen met onbegrepen gedrag die niet in aanmerking komen voor de levensloopaanpak, is het nodig om een sluitende keten van zorg- en veiligheid te hebben. Om deze keten te versterken, is een subsidieaanvraag bij ZonMW in voorbereiding. Als de subsidie wordt toegekend, wordt deze onder andere ingezet om te bezien hoe er een 24/7 beschikbare plek voor hulp en opvang kan komen voor mensen die een ander type voorziening nodig hebben dan de Psychiatrische Eerste Hulp (PEH) of de Spoedeisende Eerste Hulp (SEH). Het betreft onder andere mensen die onder invloed zijn en/of met onbegrepen gedrag niet anders omschreven (niet-duidelijk psychiatrie en/of overlastgevend gedrag).

2A2.3 Inzet preventie en weerbaarheid gedigitaliseerde criminaliteit

Digitale veiligheid blijft een belangrijk onderwerp. Afgelopen jaar zijn er verschillende activiteiten geweest voor onder andere jongeren en ondernemers op het gebied van digitale veiligheid en cybercrime. Komend jaar zal de Cybercrime Challenge volop in de aandacht staan, dit is een e-learning over veel voorkomende vormen van digitale criminaliteit. Alle inwoners van de Leidse regio kunnen deze challenge doen en er is extra aandacht voor ouderen en jongeren om hen ook beter te informeren over dit thema. Dit wordt samen gedaan met partners van de sterke sociale basis. Voor het MKB vindt er een goede samenwerking plaats met het Platform Veilig Ondernemen Den Haag, Economie071 en het Centrummanagement. Daarnaast blijft er ook inzet plaatsvinden op cyberweerbaarheid binnen de gemeentelijke organisatie, bijvoorbeeld in de vorm van het doen van cyberoefeningen.

2A2.5 Inzet buurt en wijkveiligheid en integrale wijkaanpak

De intensieve wijkaanpak in de Slaaghwijk en op het Jacques Urlusplantsoen wordt in 2025 voortgezet. De intensieve wijkaanpak bestaat uit een integrale samenwerking tussen de gemeente en diverse stadspartners. Voor beide gebieden is gezamenlijk een plan van aanpak opgesteld op basis van drie pijlers: ‘samen leven’, ‘fysieke omgeving’, en ‘veiligheid’. De wijkaanpak kent zowel een gebiedsgericht, als een persoonsgericht element. Gebiedsgerichte acties zijn bijvoorbeeld herinrichting openbare ruimte, het organiseren van opruimactiedagen en buitenschoolse activiteiten. Persoonsgerichte acties worden opgezet op het moment dat er zorgelijke signalen zijn over specifieke bewoners.

In de afgelopen jaren is er vooruitgang geboekt wat betreft de leefbaarheid en veiligheid. Aandachtspunt blijft het borgen van deze resultaten, omdat het risico bestaat dat de situatie weer achteruitgaat zodra de aandacht en inzet verslapt. De wijkaanpak richt zich daarom op structurele onderliggende oorzaken van problematiek in de wijken. Om (duurzame) vooruitgang te boeken zijn structurele veranderingen nodig en dat vergt tijd, aandacht en soms maatwerk. Duurzame betrokkenheid van alle partners is een vereiste.

2A3.1 Inzet Stedelijke Jeugdaanpak (SJA)

In 2025 blijft voor de Stedelijke Jeugd Aanpak centraal staan om zo vroeg mogelijk signalen op te pikken om te voorkomen dat jongeren (verder) afglijden in het criminele circuit. Goede samenwerking met ketenpartners en onderhouden en uitbreiden van het netwerk zijn structureel aan de orde. Er liggen steeds beter lijnen met de VO scholen, maar het blijft noodzakelijk om in alle partners te investeren. Daarnaast zijn er verschillende locaties in de stad die extra aandacht vragen met een specifieke aanpak op jeugdcriminaliteit, zoals de Stevenshof en Zuid. De subsidie ‘preventie met gezag’ is toegekend, wat maakt dat we in 2025 nieuwe interventies zullen ontwikkelen om een nog betere aanpak neer te zetten.

2A4.4 Optimale preventie brandveiligheid

Afgelopen jaar hebben er diverse bijeenkomsten in de wijk of bij de brandweer plaatsgevonden om ouderen te informeren over brandveilig leven. Komend jaar wordt gekeken in welke vorm ouderen nog meer voorzien kunnen worden van informatie. Hierbij wordt ook gekeken welke vormen van communicatie ingezet kan worden. Daarnaast is er de ambitie om in 2025 een regiobrede publiekscampagne te ontwikkelen. Dit wordt opgepakt door de Veiligheidsregio Hollands Midden waarbij de gemeente Leiden dit mede vormgeeft.

2A5.2 Inzet landelijk programma Veilige Steden

De gemeente Leiden is aangesloten bij het landelijk programma Veilige Steden, geïnitieerd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Dit programma is gericht op het vergroten van de veiligheid van vrouwen en meisjes in de openbare ruimte. In Leiden wordt hieraan uitvoering gegeven met de aanpak Wensen en Grenzen in Leiden: Leidse aanpak seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld 2023-2026. Verschillende activiteiten die bijdragen aan het onderwerp komen in deze aanpak samen. In Leiden wordt ingezet op preventie en bewustwording van verschillende vormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag, waaronder seksuele straatintimidatie, seksueel grensoverschrijdend gedrag tijdens het uitgaan en seksueel geweld. Concreet wordt bijvoorbeeld de Ben je Oké-campagne ingezet in de horeca, studentenverenigingen en op straat. Ook wordt met inwoners tijdens evenementen in de stad gesproken over wat seksueel grensoverschrijdend gedrag is, én wat je kan doen als je dit ziet gebeuren of zelf meemaakt met behulp van de Ben je Oké-bakfiets.

Verder wordt ingezet op bewustwording over waar je terecht kan op het moment dat je seksueel grensoverschrijdend gedrag meemaakt. In 2024 zijn de ‘Waar kan ik terecht-specials’ gestart om de stap naar hulpverlenende instanties kleiner te maken. Dit wordt gecontinueerd in 2025. Bij (acute) onveiligheidssituaties, onrust of incidenten kan worden overgegaan tot de inzet van persoons- of locatiegerichte instrumenten. Voorbeelden van locatiegerichte maatregelen zijn samenscholingsverboden of noodverordeningen. Bij een persoonsgerichte aanpak kunnen maatregelen zoals gebiedsontzeggingen of gebiedsverboden ingezet worden.

Verbonden Partijen

De onderstaande Verbonden Partijen leveren een bijdrage aan dit beleidsterrein. Zie voor meer informatie de paragraaf verbonden partijen.

Veiligheidsregio Hollands Midden
De Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) is verantwoordelijk voor de volgende taken: brandweerzorg, crisisbeheersing, risicobeheersing, meldkamer brandweer en crisisbeheersing, GHOR en coördinatie gemeentelijke Bevolkingszorg. De VRHM werkt hierbij nauw samen met andere (crisis)partners, onder meer politie, gemeenten, waterschappen, milieudiensten en defensie. De VRHM is een verplichte gemeenschappelijke regeling op grond van het Wet veiligheidsregio’s. Het Algemeen Bestuur (AB) van de VRHM bestaat uit de 18 burgemeesters van de deelnemende gemeenten. Het AB stelt de hoofdlijnen voor het te voeren beleid en de financiële kaders vast, al dan niet na overleg met de gemeenteraden.

Veiligheidsregio Hollands Midden

Motieven en doelen deelname GR

Deelname aan de Veiligheidsregio is wettelijk voorgeschreven (Wet veiligheidsregio’s). De Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) is verantwoordelijk voor de volgende taken: brandweerzorg, crisisbeheersing, risicobeheersing, meldkamer brandweer en crisisbeheersing, GHOR en coördinatie gemeentelijke Bevolkingszorg.

Kansen

De Veiligheidsregio werkt op basis van het Regionaal Risicoprofiel 2022 – 2025 en het Regionaal Beleidsplan 2024-2027. De gemeenteraad heeft bij vaststelling van beide stukken een zienswijze ingediend bij de VRHM.

Risico's (top 3)

De drie belangrijkste risico’s zijn:

  • Toekomstige vakbekwaamheid: de huidige structurele middelen zijn onvoldoende om nu en in de toekomst te kunnen voorzien in voldoende en opgeleide brandweermensen, ook gelet op nieuwe incident- en crisistypen.
  • Huisvesting: Ook de komende jaren staat de nieuwbouw en verbouwing van een aantal kazernes gepland. Op basis van eerdere ervaringen is duidelijk dat nieuwbouw en verbouwing leiden tot forse structurele meerkosten kan leiden voor de veiligheidsregio.
  • Besturing en bedrijfsvoering op orde: De stap naar een toekomstgerichte en wendbare organisatie kan de VRHM alleen realiseren als de bedrijfsvoering, werkwijzen en organisatiestructuur en bijbehorende cultuur dit optimaal faciliteren.

Deze risico’s zijn opgenomen in de ontwerp-Programmabegroting 2025 VRHM die op 25 april 2023 ter zienswijze is aangeboden aan de gemeenteraden die deelnemen in de gemeenschappelijke regeling VRHM. De Leidse gemeenteraad heeft ingestemd met de programmabegroting. De Programmabegroting VRHM 2025 is na afloop van deze zienswijzeprocedure vastgesteld door het Algemeen Bestuur VRHM.

Belangrijkste doelstellingen / prestaties en opgaven 2025

De veiligheidsregio is namens 18 gemeenten verantwoordelijk voor de volgende taken:

  • meldkamerfunctie voor brandweer en crisisbeheersing
  • risicobeheersing
  • rampenbestrijding en crisisbeheersing
  • GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de regio - uitgevoerd door GGD)
  • coördinatie gemeentelijke bevolkingszorg
  • brandweerzorg

De doelstellingen per taak voor 2025 staan, tezamen met de opgaven die voortkomen vanuit het Regionaal Beleidsplan 2024-2027, in de Programmabegroting 2025 van de Veiligheidsregio Hollands Midden.

Belangrijkste bestuurlijke mijlpalen 2025

De gemeenteraad dient jaarlijks op grond van artikel 35 van de Wet gemeenschappelijke regelingen de mogelijkheid te krijgen om een zienswijze in te dienen op de ontwerpbegroting.
In 2025 staan de volgende bestuurlijke mijlpalen gepland:

  • Zienswijze Programmabegroting 2026 (mei / juni)

Bijdrage 2025

€ 13,6 miljoen

Voor eigenaarsrol, zie paragraaf verbonden partijen

Effectindicatoren bij 2A Veiligheid

Effectindicator

Realisatie

Streefwaarden

Bron

2025

2026

2027

2028

Doel 2A1 Bewaken van democratische rechtstaat en beperken van georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit

2A1.b Aantal geregistreerde incidenten in GIR (Gemeentelijk Incidenten Registratiesysteem)

66 (2021)

50 (2022)

42 (2023)

31

31

31

31

Gemeentelijk Incidenten Registratiesysteem

Doel 2A2 Bevorderen van veilige en leefbare woon- en leefomgeving

2A2.a Aantal overlastmeldingen drugs, burenruzie, geluid

4.653 (2021)

3.492 (2022)

3.498 (2023)

2.900

2.900

2.900

2.900

Politie- eenheid Den Haag

2A2.b Aantal woninginbraken (inclusief pogingen) per 1.000 inw.

1,0 (2021)

1,0 (2022)

1,3 (2023)

2,0

2,0

2,0

2,0

CBS (wsjg.nl - BBV)*

2A2.c Percentage inwoners dat in de eigen buurt veel overlast ervaart van drugsgebruik

3% (2021)

4% (2023)

4%

4%

4%

4%

Veiligheidsmonitor

2A2.d Percentage inwoners dat in de eigen buurt veel overlast ervaart van drugshandel

4% (2021)

3% (2023)

4%

4%

4%

4%

Veiligheidsmonitor

2A2.e Aantal geweldsmisdrijven per 1.000 inwoners

5.5 (2021)

5,8 (2022)

5,0 (2023)

5,5

5,5

5,5

5,5

CBS (wsjg.nl - BBV)*

2A2.f Aantal (brom)fietsdiefstallen

916 (2021)

1.151 (2022)

1.370 (2023)

1.425

1.425

1.425

1.425

Politie- eenheid Den Haag

2A2.h Overlastmeldingen, gerelateerd aan personen met verward gedrag

1.219 (2021)

1.355 (2022)

1.620 (2023)

1.000

1.000

1.000

1.000

Politie- eenheid Den Haag

Doel 2A3 Regie op jeugd (overlast en criminaliteit)

2A3.a Aantal incidenten overlast door jeugd

1.133 (2021)

731 (2022)

980 (2023)

950

950

950

950

Politie- eenheid Den Haag

2A3.b Aantal HALT verwijzingen per 1.000 jongeren

12 (2021)

10 (2022)

14 (2023)

20

20

20

20

Bureau HALT (wsjg.nl - BBV)*

2A3.c Aantal vernielingen en beschadigingen in de openbare ruimte per 1.000 inwoners

5,7 (2021)

7,1 (2022)

6,6 (2023)

5,0

5,0

5,0

5,0

CBS (wsjg.nl - BBV)*

2A3.d Percentage inwoners dat in de eigen buurt veel overlast ervaart van rondhangende jongeren

7% (2021)

86% (2023)

6%

6%

6%

6%

Veiligheidsmonitor

Doel 2A4 Fysieke veiligheid en optimaliseren crisisorganisatie

2A4.a Aantal brandstichtingen

32 (2021)

43 (2022)

35 (2023)

35

35

35

35

Politie- eenheid Den Haag

2A4.b Aantal gemelde woningbranden in Leiden

64 (2021)

69 (2022)

59 (2023)

64

64

64

64

Veiligheidsregio Hollands-Midden

Doel 2A5 Veilig ondernemen en veilig uitgaan

2A5.a Percentage inwoners van stadsdeel Midden dat in eigen buurt veel overlast ervaart door horecagelegenheden

6% (2021)

8% (2023)

7%

7%

7%

7%

Veiligheidsmonitor

2A5.b Percentage inwoners van Leiden dat vaak overlast heeft van evenementen

2% (2023)

3%

3%

3%

3%

Veiligheidsmonitor

2A5.c Percentage inwoners van stadsdeel Midden dat vaak overlast heeft van evenementen

7% (2023)

8%

8%

8%

8%

Veiligheidsmonitor

2A5.d Percentage inwoners dat in de eigen buurt veel overlast ervaart door dronken mensen op straat

4% (2021)

5% (2023)

3%

3%

3%

3%

Veiligheidsmonitor

2A5.e Aantal winkeldiefstallen per 1.000 inwoners

1,8 (2021)

2,1 (2022)

3,5 (2023)

3,0

3,0

3,0

3,0

CBS (wsjg.nl - BBV)*

2A5.f Percentage vrouwen die één of meerdere keren een vorm van straatintimidatie meegemaakt hebben de afgelopen 12 maanden

57% (2023)**

51%

51%

51%

51%

Veiligheidsmonitor

2A5.g Percentage mannen die één of meerdere keren een vorm van straatintimidatie meegemaakt hebben de afgelopen 12 maanden

35% (2023)**

32%

32%

32%

32%

Veiligheidsmonitor

* Deze BBV-indicator is landelijk verplicht. De realisatiewaarden staan op waarstaatjegemeente.nl.
** Deze indicatoren zijn voor het eerst uitgevraagd in de Veiligheidsmonitor. Aangezien sprake is van een nulmeting, kunnen dus maar beperkt conclusies worden getrokken ten aanzien van een streefwaarde. De gehanteerde streefwaarden zijn voor nu afgeleid uit vergelijkbaar onderzoek in de gemeente Amsterdam.

Kaderstellende beleidsstukken

  • Integraal Veiligheidsplan 2023-2026 (RV 23.0043)
  • Visie handhaving openbare ruimte 2020-2023 (BW 20.0082, verlengdvoor de duur van 2024)

De nieuwe Visie op Handhaving voor 2025-2028 wordt naar verwachting eind 2024 aan de raad aangeboden.

Programmakosten

Veiligheid
bedragen x 1.000,-

 

Rekening
2023

Begroting
2024

Begroting
2025

Meerjarenraming

2026

2027

2028

Veiligheid

Lasten

15.569

16.830

18.322

18.229

18.210

18.210

 

Baten

-843

-172

-179

-179

-179

-179

Saldo

 

14.726

16.658

18.142

18.049

18.030

18.030

Programma

Lasten

15.569

16.830

18.322

18.229

18.210

18.210

 

Baten

-843

-172

-179

-179

-179

-179

Saldo van baten en lasten

 

14.726

16.658

18.142

18.049

18.030

18.030

Budgettaire ontwikkelingen

De daling van de lasten en/of de stijging van de baten worden onder andere veroorzaakt door de indexering van budgetten, doorrekening van de kostenverdeelstaat en de kapitaallasten die zijn berekend vanuit het meerjareninvesteringsplan 2025-2028. Beleidswijzigingen met financiële consequenties worden hierna per beleidsterrein toegelicht.

Beleidsterrein Veiligheid

De bijdrage aan de GHOR (Geneeskunidge HulpverleningsOrganisatie in de Regio) stijgt met 205.000 (kaderbrief 2024). In de begroting 2024 was er een incidenteel budget beveiliging beschikbaar van 160.000 voor de drie octoberviering. Er is een extra budget van 60.000 in 2025 beschikbaar voor de stedelijke jeugdaanpak (kaderbrief 2024). De overige stijging van de lasten wordt veroorzaakt door indexeringen, met name bij de Veiligheidsregio Hollands Midden (1,15 miljoen).

Reserves

Reserves programma 2
bedragen x 1.000,-

 

Rekening
2023

Begroting
2024

Begroting 2025

Begroting 2026

Begroting 2027

Begroting 2028

Reserves programma 2

 

0

0

0

0

0

0

Investeringen

Niet van toepassing.

Subsidies

Niet van toepassing.