Deze paragraaf biedt op basis van een risicosimulatie en een overzicht van financiële kengetallen inzicht in de financiële positie van de gemeente Leiden. Uit de risicosimulatie blijkt dat het weerstandsvermogen van de gemeente voor 2022 'ruim voldoende' is. Hierbij geldt wel dat door geraamde onttrekkingen in het meerjarenbeeld de concernreserve nog iets afneemt. Hierbij blijft de concernreserve echter in alle jaren van voldoende omvang en groeit eind 2025 naar de vereiste omvang van 1,5 keer de uitkomst van de risicosimulatie. Zie ook de hoofdlijnen financiële positie voor het meerjarig verloop van de concernreserve.
De financiële kengetallen laten net als bij de Programmabegroting 2021 zien dat de schuldpositie sterk oploopt als gevolg van de investeringen die de gemeente doet en de inzet van bestemmingsreserves. Dit zorgt niet voor acute problemen, maar levert in de toekomst een relatief grote kwetsbaarheid voor rentestijgingen op. Door leningen voor een lange periode vast te leggen en op voorhand al een rentestijging in te begroten wordt dit risico in de tijd gespreid en enigszins beperkt.
1. Risico’s
Een risico is een mogelijke gebeurtenis met een negatief gevolg voor de organisatie. Met behulp van een risicomanagementinformatiesysteem prioriteert, analyseert en beoordeelt de gemeentelijke organisatie risico's op systematische wijze. Door een goed systeem van risicomanagement kunnen bestuurders en managers vervolgens voor risico’s, die het behalen van de doelstellingen van de organisatie bedreigen, passende beheersmaatregelen nemen. Op basis van de inventarisatie is een risicoprofiel voor 2022 opgesteld. Het onderstaande overzicht toont de tien grootste risico's met de hoogste bijdrage aan de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit aangevuld met de getroffen beheersmaatregel. Onderaan de tabel is het totaalbedrag voor de overige risico’s opgenomen.
Prgr. | Risico | Gevolgen | Maatregelen | Kans | Maximale impact | Invloed |
---|---|---|---|---|---|---|
6 | Lopende planschadeclaims | Het uitkeren van de planschade leidt tot een incidenteel nadeel in de begroting. | Voeren van een zorgvuldige juridische procedure. | 40% | 7.300.000 | 18,81% |
Alle | Gehanteerde index is onvoldoende om de stijging van prijzen voor werken door hoogconjunctuur op te vangen. | a. Overschrijdingen door hogere kosten; | a. In alle fasen van het Leidse planproces kostenraming zo goed mogelijk actualiseren op basis van de marktontwikkelingen (gemeentebreed) | 30% | 6.400.000 | 12,41% |
AD | De gemeente Leiden staat begin 2022 garant voor de rente en aflossing van leningen tot een totaalbedrag van €83,3 miljoen. Het risico is dat de partij aan wie een garantstelling is verstrekt zijn betalingsverplichting niet kan nakomen. | Gemeente moet gegarandeerde geldsom voldoen aan de bank of de exploitatie van de geldnemer ondersteunen. Dit zorgt voor een tegenvaller in de begroting. | a. Zorgvuldige toets op de haalbaarheid van de exploitatie bij een garantie-aanvraag o.b.v. Verordening gemeentegaranties; | 10% | 14.873.474 | 9,64% |
AD | Schommelingen in accres en ontwikkeling maatstaven zorgen voor lagere Algemene uitkering | Lagere inkomsten leiden tot tegenvaller in de begroting. Om structureel tegenvallende inkomsten op te vangen moet de gemeente bezuinigen of inkomsten verhogen. | a. Tijdig vertalen circulaires Gemeentefonds in besluitvorming zodat financiële consequenties goed kunnen worden verwerkt. Risico kan niet worden voorkomen | 30% | 3.000.000 | 5,85% |
6 | Lammenschansdriehoek: de top vijf risico's hebben betrekking op hoger uitvallen van kosten voor woonrijp maken, het hoger uitvallen van plankosten, hogere kosten door complexe binnenplanse afhankelijkheden tussen de verschillende deelprojecten en fasering daarin (versnipperde buitenruimte in gebruik en eigendom), hogere eisen aan watercompensatie en compensatie bedrijventerrein. | Voor nakoming aangegane verplichtingen aanvullende dekking voor kosten nodig, gebiedsontwikkeling kan anders niet (volledig) gerealiseerd worden/moet aangepast worden met vertraging en planschade als gevolg. | a. onderhandelingen met ontwikkelaar(s) over kosten via anterieure overeenkomsten en tegenvallers eerst bij hen verhalen | 30% | 1.998.555 | 3,86% |
7 | Bezuinigingstaakstellingen jeugdhulp kunnen niet worden gerealiseerd (zowel regionaal als lokaal) | Nadeel door niet-begrote kosten. | Ontwikkelen managementinformatie over toewijzing. | 50% | 1.000.000 | 3,23% |
AD | De Corona-maatregelen leiden tot hogere lasten of lagere inkomsten die niet door de compensatie vanuit de rijksoverheid kunnen worden opgevangen. | Niet-begrote uitgaven en niet realiseren inkomsten | Monitoren berichtgeving rijksoverheid over compensatie en interne meerkosten / minderopbrengsten. | 30% | 1.500.000 | 2,92% |
8 | Gemeente krijgt een lagere uitkering uit de SPUK ('Specifieke uitkering stimulering sport') dan waarmee in de begroting rekening is gehouden. | Tegenvaller op algemene dekkingsmiddelen. | Oorzaak ligt buiten invloedssfeer van de gemeente. Door goed monitoren berichtgeving vanuit het Rijk kan gemeente tijdig begroting aanpassen. | 30% | 1.300.000 | 2,52% |
AD | ICT-systemen zijn door cybercrime (o.a. ransomware) of een technische storing niet beschikbaar. | Discontinuïteit van bedrijfsvoering als gevolg van niet beschikbaar zijn systemen. | a. Aandacht in organisatie (ondersteund vanuit SP71) voor informatieveiligheid op de werkvloer; | 50% | 750.000 | 2,42% |
AD | Ambt. huisvesting - Stadhuis: Risico's hebben betrekking op het verbouwen van een monument en op daarbij benodigde aanvullende werkzaamheden (o.a. meenemen onderhoud/ meerwerk/wijzigingen tijdens uitvoering), op werkwijze van aannemer(s) en op de samenhang tussen diverse deelprojecten. | Gevolg zijn toenemende (plan)kosten en meerwerken; eventuele ontwerpwijzigingen en aanpassingen tijdens uitvoering op laat moment, vertraging van de planning | actief vragen om (6-weken)planning van aannemer, escalatiegesprekken voeren op directieniveau; bij wijzigingen ook kosten goed in kaart brengen voor afgewogen keuzes; periodieke afstemming tussen deelprojectleiders voor raakvlakmanagement | 30% | 971.438 | 1,88% |
Impact 10 belangrijkste financiële risico's | 39.093.467 | 63,54% | ||||
Impact overige risico's | 34.197.858 | 36,46% | ||||
Totale impact financiële risico's | 73.291.325 | 100% |
Ten opzichte van de meest recente risico-inventarisatie (Jaarstukken 2020) is de totale impact van de financiële risico's toegenomen van € 70,9 miljoen naar € 73,3 miljoen. Deze ontwikkeling valt als volgt te duiden:
Als alle risico's zich gelijktijdig in hun volle omvang zouden voordoen zou een nadeel optreden van € 73,3 miljoen. Het reserveren van een dergelijk groot bedrag als buffer voor alle risico's is echter ongewenst omdat het niet waarschijnlijk is dat alle risico's zich in 2022 gelijktijdig, en in hun maximale omvang, voordoen. Daarom is op basis van de ingevoerde risico's een risicosimulatie uitgevoerd. Bij deze simulatie is gerekend met een zekerheidspercentage van 90%. Het resultaat is dat met een benodigde weerstandscapaciteit van € 12,7 miljoen het voor 90% zeker is dat alle risico's die in 2022 zouden kunnen optreden kunnen worden afgedekt. De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald door alle risico's waarvoor geen of onvoldoende beheersmaatregelen zijn of kunnen worden getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. Onderstaande tabel bevat een overzicht van de meest relevante zekerheidspercentages en de daarmee corresponderende benodigde weerstandscapaciteit.
Percentage | Bedrag |
---|---|
75% | 9.499.623 |
80% | 10.247.214 |
85% | 11.211.814 |
90% | 12.663.237 |
95% | 15.466.348 |
In theorie beschikt een gemeente over incidentele en structurele weerstandscapaciteit. De incidentele weerstandscapaciteit bestaat uit de concernreserve, de bestemmingsreserves, de langlopende voorzieningen, de begrotingspost onvoorzien en aanwezige stille reserves. De structurele weerstandscapaciteit wordt bepaald door de omvang van toekomstige bezuinigingsmogelijkheden en het onbenutte deel van de belastingcapaciteit. Het is een politieke afweging om te bepalen welke delen van de incidentele en structurele componenten men tot de weerstandscapaciteit wil rekenen.
De raad heeft in de Financiële verordening 2020 (RV 20.0141) de concernreserve aangemerkt als weerstandscapaciteit. Hierbij heeft de raad besloten dat wanneer de benodigde weerstandscapaciteit groter is dan de beschikbare weerstandscapaciteit, het college in de paragraaf weerstandsvermogen een voorstel doet over de wijze hoe het hiermee om wil gaan. De begrote stand van de Concernreserve per 31 december 2021 is € 20.005.000.
Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, moet de relatie te worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij horende benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten wordt in onderstaande figuur weergegeven per 1 januari 2022.
Ratio weerstandsvermogen = | Beschikbare weerstandscapaciteit | = | 20.005.000 | = 1,58 |
Benodigde weerstandcapaciteit | 12.663.237 |
Leiden streeft een weerstandsvermogen na dat tenminste voldoende is. Dit vereist een ratio weerstandsvermogen dat gelijk is of hoger is dan 1.
Waarderingscijfer | Ratio | Betekenis |
---|---|---|
A | >2.0 | uitstekend |
B | 1.4-2.0 | ruim voldoende |
C | 1.0-1.4 | voldoende |
D | 0.8-1.0 | matig |
E | 0.6-0.8 | onvoldoende |
F | <0.6 | ruim onvoldoende |
4. Relatie met Meerjaren Perspectief Grondexploitaties (MPG)
Naast de gemeentebrede risico-inventarisatie en het daaruit voortvloeiende risicoprofiel en de benodigde weerstandscapaciteit, wordt in het Meerjaren Perspectief Grondexploitaties (MPG) gelijktijdig met de Jaarstukken en Kaderbrief verantwoording afgelegd over de grondexploitatieprojecten. Het risicomanagement van deze projecten en het zorg dragen voor een toereikend weerstandsvermogen voor deze projecten maken deel uit van het MPG.
5. Ratio's / kengetallen
De paragraaf weerstandvermogen en risicobeheersing bevat vijf financiële kengetallen. De berekeningswijze van de kengetallen is vastgelegd in een ministeriële regeling. Mede op basis van deze kengetallen dient de paragraaf een analyse te geven van de financiële positie van de gemeente.
Kengetallen | Realisatie | Begroting | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | ||
1a. Netto schuldquote | 96,6% | 124,0% | 156,4% | 178,6% | 193,1% | 192,7% | |
1b. Netto schuldquote gecorr. voor alle verstrekte leningen | 95,2% | 122,6% | 155,0% | 177,2% | 191,8% | 191,4% | |
2. Solvabiliteitsratio | 32,1% | 24,6% | 20,5% | 18,3% | 17,0% | 16,9% | |
3. Grondexploitatie | 2,2% | 0,1% | 1,0% | -0,1% | 0,5% | 0,8% | |
4. Structurele exploitatieruimte | 4,4% | -0,8% | 0,8% | 0,2% | 0,0% | 0,2% | |
5. Gemeentelijke belastingcapaciteit | 118,5% | 120,8% | 127,1% | 127,1% | 127,1% | 127,1% |
Op basis van de nieuwe geprognosticeerde balans zijn de financiële kengetallen geactualiseerd.
Verwachting ontwikkeling schuldquote en solvabiliteit
Naar aanleiding van het onderzoek van Deloitte uit 2019 naar de financiële positie van de gemeente maken wij bij de begroting de door Deloitte genoemde signaleringswaarden inzichtelijk:
De schuldquote zet de omvang van de netto schuld (dit is de schuld met aftrek van het geld dat de gemeente nog van derden tegoed heeft) af tegen de totale baten. Uit de grafiek blijkt dat de schuldquote naar verwachting in 2022 de derde signaleringswaarde van 150% kruist.
Het kengetal van solvabiliteit wordt in het bedrijfsleven gebruikt om een beeld te geven van de mate waarin het bezit van een bedrijf (uitgedrukt in het balanstotaal) is gefinancierd met schulden. Hiermee weten financiers de mate waarin bij een faillissement de nog openstaande schulden kunnen worden afgelost vanuit de waarde van het bezit. Voor gemeenten speelt dit aspect uiteraard niet. Het kengetal solvabiliteit geeft wel een beeld van de mate waarin het gemeentelijk bezit met leningen is gefinancierd waarvan de rentelasten drukken op de begroting. Ook de solvabiliteit kruist in 2022 de door Deloitte aangegeven derde signaleringswaarde.
De indicatoren en door Deloitte aanbevolen signaleringswaarden zijn een grofmazig instrument om een uitspraak te kunnen doen over de financiële positie van een gemeente. De schuldquote en solvabiliteitsratio laten zien dat het ambitieniveau om te investeren in de stad gepaard gaan met zwaardere financieringslasten. Deze financieringslasten zijn gedekt in de meerjarenbegroting. Wel levert een hoge schuldpositie voor de toekomst risico's op:
Tegenover deze risico's staan ook beheersmaatregelen:
Het risico van herfinanciering op de lange termijn wordt voor een stuk getemperd door inflatie. Daarnaast staan nu in het meerjaren investeringsplan ambities opgenomen om in een relatief korte tijd veel geld te investeren in de stad. Het is per definitie onzeker of deze ambitie op alle fronten kan worden gehaald. Wanneer investeringen zich meer spreiden in de tijd, spreidt ook de financieringsbehoefte zich en daalt de piek van de schuldratio. De huidige ontwikkeling van de schuldratio is gebaseerd op een optimistische raming van de snelheid waarmee investeringen kunnen worden gerealiseerd. Ook investeert de gemeente in zaken die een waarde vertegenwoordigen die eventueel op een later moment weer kan worden verkocht zoals bijvoorbeeld de parkeergarages.
Het college onderkent dat de huidige investeringen de schuldpositie sterk doen oplopen. Geld lenen gaat altijd gepaard met risico's. Hiervoor hebben we ook beheersmaatregelen getroffen. Met deze beheersmaatregelen acht het college het verantwoord om vol ambitie te investeren in een bereikbare, klimaatadaptieve stad met goede onderwijshuisvesting en sportvoorzieningen.