Programmanummer | 10 | |
Commissie | Werk en Middelen | |
Portefeuille(s) | Energie, Werk, & Inkomen en Cultuur |
De missie van het programma Werk en inkomen luidt: |
Elke Leidenaar heeft recht op bestaanszekerheid en gelijke kansen. Zorgen rondom groeiende armoede en stijgende inflatie blijven bestaan. We zien het armoedevraagstuk groter worden, wat maakt dat de focus nog steeds ligt op voldoende inkomen, deelname aan de samenleving en het voorkomen van schulden. Wij zetten alle mogelijkheden die we als gemeente hebben in om inwoners zekerheid te bieden. Daarbij richten we ons op het vergroten van het bereik van regelingen en interventies die goed werken. In combinatie met loketfuncties in de wijk helpen we mensen aan het werk te komen of te groeien in werk, zetten we in op het voorkomen van schulden en ondersteunen we mensen die geïsoleerd leven om mee te doen aan de samenleving. Inkomen zou daarin geen rol moeten spelen. In september 2024 heeft het college het uitvoeringsplan Armoedebeleid vastgesteld en in het najaar 2024 worden het nieuwe beleidsplan Werk en Participatie en de nieuwe regionale aanpak Laaggeletterdheid aan de raad voorgelegd.
Na een forse economische groei in 2021 en 2022 kwam de arbeidsmarkt in 2023 tot stilstand. Voor 2024 en 2025 verwacht het CPB een gematigde groei. De werkloosheid loopt naar verwachting licht op in 2025 maar blijft nog steeds relatief laag. Ook de werkgelegenheid groeit naar verwachting licht. Personeelstekorten beperken de banengroei. Over het algemeen wordt ervan uitgegaan dat de personeelstekorten iets zullen afnemen, maar zeker niet zullen verdwijnen. Dit belemmert sectoren die in Leiden sterk vertegenwoordigd zijn, denk aan zorg, onderwijs en lifescience & health. Zonder goed opgeleide vakmensen kunnen we ook minder snelheid maken in de energietransitie, ontstaat er een tekort aan kinderopvang en komt de horeca in de problemen. Tegelijkertijd zijn er nog steeds mensen aangewezen op een uitkering. Een deel daarvan vindt op eigen kracht werk. Voor een grote groep is dat minder vanzelfsprekend, bijvoorbeeld vanwege lichamelijke en/of psychische beperkingen. Voor hen is intensieve ondersteuning noodzakelijk om hen te helpen participeren. Daarom blijven we re-integratie instrumenten inzetten die aansluiten op de behoeften en situatie van onze werkzoekenden.
Daarnaast zetten we in 2025 in op de vorming van een regionaal werkcentrum Holland Rijnland. Dit centrum zal een centraal punt zijn voor iedereen die werk zoekt, advies wil over ander werk of omscholing nodig heeft. In elke arbeidsmarktregio komt er één loket, dat toegang biedt tot dienstverlening op het gebied van werk en scholing. Wanneer er meer nodig is dan informatie en advies worden mensen verwezen naar de dienstverlening die ze nodig hebben, bijvoorbeeld van DZB, UWV of het onderwijs. Ook werkgevers kunnen bij dit loket terecht met vragen. De implementatie is voorzien in de loop van 2025. Nieuwe wetgeving gaat in per 1 januari 2026. We bouwen hierbij voort op de reeds bestaande samenwerking in het Werkgeversservicepunt, Leerwerkloket en Regionaal mobiliteitsteam. De dienstverlening van deze huidige samenwerkingsverbanden zal opgaan in het Werkcentrum Holland Rijnland.
In de visie van DZB Leiden, zoals opgenomen is in het beleidsplan Werk en Participatie 2024-2027, wordt beschreven hoe DZB Leiden kan groeien naar een toekomstbestendig werk- en ontwikkelbedrijf. Deze visie is ontstaan als gevolg van verandering in wet- en regelgeving, het vervangen van de WsW-regeling door andere lager gesubsidieerde regelingen en de beweging naar een meer inclusieve arbeidsmarkt, waarin mensen zoveel mogelijk in de regio aan de slag gaan.
Dit wordt bereikt door intensiever samen te werken met organisaties in de wijken, stad en regio. Hierdoor kunnen ze beter in contact komen met mensen die hulp nodig hebben om werk te vinden. DZB Leiden biedt deze mensen dan bijvoorbeeld begeleiding, speciale werkplekken of ontwikkelbanen aan. Zo kunnen ook zij een plek op de arbeidsmarkt vinden die bij hen past.
Vanuit het Rijk zijn extra middelen toegezegd om de infrastructuur van sociaal ontwikkelbedrijven te versterken. Dit betekent dat er meer capaciteit kan komen om mensen te begeleiden naar werk en beschut werk efficiënter kan worden ingericht. Ook kan worden afgestemd op de veranderende behoeften van de doelgroep en kan de organisatie worden ontwikkeld om in te spelen op veranderingen in de wet- en regelgeving en de arbeidsmarkt. De focus ligt hierbij op maatwerk en het bieden van kansen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Zij kunnen zo deelnemen op een manier die past bij hun mogelijkheden.
Door deze stappen te nemen kan DZB Leiden groeien naar een toekomstbestendig werk- en ontwikkelbedrijf dat effectief bijdraagt aan een inclusieve arbeidsmarkt in de regio.
Tot voor kort mochten asielzoekers zonder verblijfsstatus die zich in een asielprocedure bevonden maximaal 24 weken per jaar werken. Op 29 november 2023 oordeelde de Raad van State dat asielzoekers het hele jaar door mogen werken zodra hun asielaanvraag minstens zes maanden in behandeling is, op voorwaarde dat de werkgever over de juiste tewerkstellingsvergunning beschikt. Op dit moment verkennen we met lokale en regionale partijen of de gemeente een rol kan spelen bij het faciliteren van deze groep richting werk. Momenteel ontvangt de gemeente geen financiële steun van het Rijk voor dit doel; naar verwachting zal hier meer helderheid over komen tegen 2025.
Vanuit de Aanpak Jeugdwerkloosheid worden jongeren, ook zonder uitkering, in de meest brede zin ondersteund bij sollicitatietrainingen en bij trajecten richting werk of onderwijs. In 2025 zal de aanpak jeugdwerkloosheid worden verweven in de uitvoering van de Wet van school naar duurzaam werk. We stellen een regionaal programma op om voortijdig schoolverlaten te voorkomen en bestrijden. Hierin zijn loopbaanbegeleiding en ondersteuning van kwetsbare jongeren speerpunten (zie ook programma 7).
Statushouders met veelal een niet-westerse migratieachtergrond krijgen een traject aangeboden dat gericht is op taalacquisitie in combinatie met het doorlopen van een taalstage en bemiddeling naar een baan. Dit vindt plaats in samenwerking met DZB. De structureel verhoogde taakstelling en de toename in aantallen van de doelgroep gezinsmigranten zal in 2025 zorgen voor verdere uitbreiding van het uitvoeringsapparaat inburgering. Tegelijkertijd heeft de gemeente te maken met vertraging van inburgeringstrajecten door een tekort aan NT2-docenten.
Met de inzet van een ‘regionaal verbinder statushouders’ worden leerwerktrajecten in 2025 toegankelijk gemaakt voor statushouders met een lager of nihil opleidingsniveau. Hieraan is de opzet van een traject voor jongere alleenstaande statushouders verbonden, die in het thuisland in beperkte mate of geen middelbaar onderwijs hebben genoten. De ervaring leert dat het voor deze jongeren vrijwel onmogelijk is toegang tot het regulier onderwijs te krijgen in Nederland. We willen de jongeren graag begeleiden via praktische scholing om zo de kansen voor deze jongeren op de arbeidsmarkt te vergroten. Zie voor meer informatie ook programma 7C3.2.
In juli 2024 heeft de raad budget beschikbaar gesteld voor de invoering van de Leidse Sleutelpas. Met ingang van 1 juli 2025 wordt de Leidse Sleutelpas in Leiden geïntroduceerd. De pas is gericht op alle inwoners, werkgevers, verenigingen, stichtingen en instellingen van Leiden. De stad ontdekken, leuke dingen doen en mee kunnen doen. Wat je inkomen ook is. De participatie van inwoners met een laag inkomen in de Leidse samenleving is het primaire en belangrijkste doel. We zetten daarom in op de ontwikkeling en uitvoering van een strategie waarbij de armoederegelingen via de Leidse Sleutelpas gaan verlopen.
We streven ernaar om in de volgende vier jaar Sleutelpassen te verstrekken aan Leidenaren met een laag inkomen en een stijgend percentage Sleutelpassen te verkopen aan Leidenaren die voldoende draagkracht hebben. Om te komen tot een divers en aantrekkelijk aanbod zetten we in op een intensieve samenwerking de stadspasaanbieder en de welzijns-, cultuur- en sportsector in Leiden. We bouwen dit de komende jaren verder uit. Ook zien we interesse van de regiogemeenten voor de Sleutelplas. In 2025 verkennen we daarom eventuele samenwerking en/of aansluiting van regiogemeenten.
Het uitvoeringsplan armoedebeleid is een verdere uitwerking van het vastgestelde beleidsplan Armoede 2024-2026 ‘Samen Sterker’. Het uitvoeringsplan van het armoedebeleid is opgesteld in samenspraak met een groot aantal maatschappelijke partners in de stad, met een breed gedragen plan als resultaat.
In het uitvoeringsplan staan verschillende acties beschreven, zoals het creëren van een helder overzicht van de ondersteuningsmogelijkheden, minimaregelingen en landelijke toeslagen. Deze acties dragen bij aan het behalen van de voorgenomen ambities in het armoedebeleid. Hierin hebben we oog voor de belangrijke rol die is weggelegd voor de maatschappelijke partners binnen het armoedebeleid. Daarnaast willen wij de Leidse huishoudens zo goed mogelijk informeren over de regelingen en toeslagen waar zij aanspraak op kunnen maken en waar zij ondersteuning kunnen krijgen. Het plan focust zich ook op het wegnemen van eventuele drempels en belemmeringen bij het doen van aanvragen of het vinden van ondersteuning. Wij beogen dit te doen aan de hand van drie actielijnen:
In de notitie ‘Social Return maakt ons trots’ (bijlage bij de collegebrief Informeren nieuwe aanpak Social Return Z/24/3672575) beschrijven we hoe we het middel social return optimaal gaan gebruiken. Onderdeel hiervan is het versterken van de link tussen social return en de opgaven waarin we staan binnen het sociaal domein. Naast het creëren van werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, besteden we bijvoorbeeld ook aandacht aan het bieden van taaltrajecten aan eigen kwetsbare medewerkers. We verkennen op welke manieren we social return nog verder kunnen verbinden aan de opgaves in het sociaal domein om zo nog meer bij te dragen aan het welzijn van onze inwoners.
In 2025 gaat Eerste Hulp Bij Geldzorgen (EHBG) door met extra aandacht besteden aan het bereiken van jongeren in de leeftijd van 18 tot 27 jaar via whatsapp, telefoon of huisbezoek. Hierdoor komt er meer contact tot stand dan alleen met een brief of een e-mail. We hebben naast EHBG meerdere preventieve interventies die erop zijn gericht om schulden bij jongeren te voorkomen en hen financieel zelfredzaam te maken, namelijk: Peer Education Moneystart / Diversion Moneyways, financiële educatie MBO Rijnland en digitale tools zoals de kwikstart app, de website younginleiden en geldfit voor jongeren. Daarnaast blijven we de mogelijkheden onderzoeken om inwoners het beste te benaderen, zodat er contact tot stand komt en hulp geaccepteerd wordt.
Eind 2024 wordt het verzoek om het beleidsplan schuldhulpverlening ‘Eerder, beter, sneller 2021-2024’ met twee jaar te verlengen aan de gemeenteraad voorgelegd. Hierdoor is het mogelijk om vanaf 2027 de beleidsplannen armoede en schulden samen te voegen. Armoede en schulden hebben namelijk veel raakvlakken met elkaar zoals doelgroep, bereiken van inwoners, preventie, financiële educatie en vroegsignalering. Ook zal in 2025 gewerkt worden aan de aanbevelingen (onder andere integrale samenwerking, problemen met ICT en financiële begeleiding) uit het onderzoek van de Rekenkamer naar het beleidsplan schuldhulpverlening.
In 2025 zal de pilot EHBG – Belastingdienst van start gaan. De pilot vroegsignalering met de belastingdienst houdt in dat de belastingdienst inwoners met een openstaande inkomstenbelastingschuld of een toeslagenschuld aanmeldt bij EHBG. EHBG zal vervolgens proberen contact te krijgen met de inwoner om hulp aan te bieden. Dit gebeurt op dezelfde manier als bij de meldingen van de vaste lasten partners (brief, e-mail, telefoon, huisbezoek). De pilot heeft als doel inwoners met schulden in beeld te krijgen die nog niet in beeld zijn bij schuldhulpverlening of nog niet in beeld zijn bij vroegsignalering via de vroegsignaleringspartners.
Doel | Prestatie |
---|---|
10A1 Leidenaars hebben werk en zijn daardoor minder uitkeringsafhankelijk | 10A1.1 Inzetten van re-integratie en participatievoorzieningen |
10A1.2 Aanbieden volwasseneneducatie | |
10A1.3 Inzetten dienstverlening voor jongeren, statushouders en migranten | |
10A2 Mensen met loonwaarde onder het wettelijk minimumloon werken zo regulier mogelijk | 10A2.1 Inzetten sociale werkvoorziening |
10A2.2 Inzetten beschut werk | |
10A2.3 Inzetten loonkostensubsidie |
De afgelopen jaren hebben we stappen gezet richting een meer inclusieve arbeidsmarkt, waarin iedereen gelijke kansen krijgt op werk of om mee te doen. Onze focus op samenwerking met lokale en regionale partners blijft centraal staan. Het nieuwe beleidsplan Werk & Participatie 2024 – 2027, bouwt voort op de successen van het vorige plan. We blijven ons inzetten voor het vergroten van de arbeidsparticipatie en het creëren van gelijke kansen voor kwetsbare inwoners. Hierbij opereren we binnen de kaders die landelijk worden gegeven, denk aan de participatiewet en de financiering van de werk ontwikkelbedrijven. Verder leggen we sterk de nadruk op het benutten van scholingskansen, met daarbij een speciale focus op scholing en taalvaardigheid.
Regionaal inzet op vorming Werkcentrum Holland Rijnland
Leiden is centrumgemeente van de arbeidsmarktregio Holland Rijnland. Vanaf 2024 werken we samen met andere gemeenten, UWV, onderwijs, bonden en werkgevers aan de inrichting van een regionaal werkcentrum. Het kabinet heeft hiervoor op 29 april 2024 de kaders aangereikt. In elke arbeidsmarktregio komt er één loket, dat werkgevers en inwoners toegang biedt tot dienstverlening op het gebied van werk en scholing. Wanneer er meer nodig is dan informatie en advies worden mensen verwezen naar de dienstverlening die ze nodig hebben, bijvoorbeeld van DZB, UWV of het onderwijs. Implementatie is voorzien in 2025. We bouwen hierbij voort op de reeds bestaande samenwerking in het Werkgeversservicepunt, Leerwerkloket en Regionaal mobiliteitsteam. De dienstverlening van deze huidige samenwerkingsverbanden zal opgaan in het Werkcentrum Holland Rijnland.
Sinds juni 2023 doen we ervaring op met het Werkcafé, waar inwoners één ochtend in de week zonder afspraak terecht kunnen in het stadskantoor voor gratis advies over werk of scholing. Met dit initiatief proberen we iedereen te bereiken die graag wil werken, ander werk wil of wil omscholen. Mensen met en zonder uitkering, werkenden en niet-werkenden kunnen hier terecht. Met het samenwerkingsverband Holland Rijnland zet de arbeidsmarktregio bovendien in op een meer gezamenlijke Human Capital aanpak, waarbij bijvoorbeeld zij-instroom naar tekortsectoren daar waar mogelijk wordt uitgebreid.
In 2024 is het bereik van het taalaanbod gegroeid. We willen deze trend in 2025 voortzetten in de hele regio. Door hoger bereik en verbeterde samenwerking tussen partners krijgen nieuwe ideeën ruimte. Een voorbeeld hiervan is lees- en schrijfgroepen voor NT1’ers (mensen met Nederlands als moedertaal) in de wijk. Hier werken vrijwilligers van sociale partners samen met docenten van taalscholen. We bieden onze taalvrijwilligers meer opleiding. Zo kunnen ze mensen met Nederlands als moedertaal en mensen die nog helemaal geen Nederlands spreken, beter ondersteunen. Ook zetten we in 2025 extra in op het betrekken van werkgevers bij de basisvaardigheden van hun werknemers. Zo maken we samen meer mogelijkheden voor groei en werk. We maken samen met partners een lokaal uitvoeringsplan voor het nieuwe regionale beleid laaggeletterdheid 2025-2028. We doen dit in de context van veranderingen in landelijke financiering. We maken daarbij gebruik van de in het verleden opgebouwde reserves.
De gemeente voert regie op het inburgeringstraject voor statushouders en gezinsmigranten. Onderdeel hiervan is het bieden van ondersteuning en begeleiding voor alle inburgeraars tijdens het traject dat uit één van drie richtingen kan bestaan:
We bieden daarnaast een voorbereidingstraject MBO aan. Hiermee kunnen jongeren binnen de B1-route vakken volgen, aangeboden door docenten en trainers die hen voorbereiden op een toekomst in het MBO. Ook reguliere, niet-inburgeringsplichtige jongeren kunnen gebruikmaken van (een deel van) deze voorbereiding om te werken aan hun deficiënties en zo toegang te krijgen tot het onderwijs.
Effectindicator | Realisatie | Streefwaarden | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Doel 10A1 Leidenaars hebben werk en zijn daardoor minder uitkeringsafhankelijk | ||||||
10A1.a Netto arbeidsparticipatie, % werkzame beroepsbevolking ten opzichte van de beroepsbevolking | 71% (2021) 74% (2023) | 75% | 75% | 75% | 75% | CBS |
10A1.b Aantal banen per 1.000 inwoners van 15 t/m 64 jaar | 832 (2021) 850 (2023) | 860 | 860 | 860 | 860 | LISA |
10A1.c Werkloze jongeren, percentage 16- tot en met 22-jarigen | 1% (2019) | 1% | 1% | 1% | 1% | CBS (wsjg-BBV) |
10A1.d Aantal lopende re-integratievoorzieningen per 10.000 inwoners van 15-64 jaar | 129 (2021) 117 (2022) 124 (2023) | 120 | 120 | 120 | 125 | CBS |
10A1.e Aantal gestarte trajecten basisvaardigheden | 258 (2022) 370 (2023) | 270 | 275 | 280 | 300 | Taalschool |
10A1.f Percentage succesvolle uitstroom | 79% (2022) 78% (2023) | 80% | 80% | 80% | 80% | Taalschool |
10A1.g Gemiddelde trajectwaardering | 8,2 (2022) 8,6 (2023) | 8,4 | 8,5 | 8,5 | 8,5 | Taalschool |
Doel 10A2 Mensen met loonwaarde onder het minimumloon werken zo regulier mogelijk | ||||||
10A2.a Aantal volledige banen in de WSW uitgedrukt in standaardeenheden (SE)* | 660 (2021) 621 (2022) 582 (2023) | 511 | 479 | 449 | 420 | DZB |
10A2.b Aantal banen met loonkostensubsidie via DZB (banenafspraak en beschut werk)** | 180 (2021) 194 (2022) 236 (2023) | 306 | 341 | 376 | 411 | DZB |
10A2.c Aantal nieuw beschut werk | 37 (2021) 49 (2022) 56 (2023) | 86 | 101 | 116 | 131 | DZB |
10A2.d Aantal opstapsubsidies eerste jaar*** | 13 (2021) 8 (2022) 8 (2022) | 20 | 20 | 20 | 20 | DZB |
Doel | Prestatie |
---|---|
10B1 Minima doen mee in de samenleving en raken niet in een sociaal isolement | 10B1.1 Ondersteunen van mensen die gebruik maken een bijstandsuitkering om actief te zijn in de samenleving en niet ín een sociaal isolement te raken |
10B2 Armoedebestrijding | 10B2.1 Behandelen aanvragen individuele bijzondere bijstand en individuele inkomenstoeslag |
10B2.2 Verstrekken (bijdrage in) premie Collectieve Ziektekostenverzekering Minima | |
10B2.3 Verstrekken tegemoetkoming kinderopvang op Sociaal Medische Indicatie | |
10B2.4 Kwijtschelding gemeentelijke heffingen | |
10B2.5 Subsidies minimabeleid |
Binnen de Sterke Sociale Basis (SSB) richt BuZz zich op basisvaardigheden om mee te kunnen doen in de samenleving (zie ook Programma 9). De activiteiten zijn voor iedereen toegankelijk maar vooral bedoeld voor inwoners voor wie het aanleren van deze vaardigheden niet vanzelfsprekend is of waar sprake is van een (mogelijke) achterstandsituatie. BuZz Leiden voert de opdracht Basiskracht in de SSB uit. BuZz helpt mensen met een afstand tot de maatschappij te participeren door het ontwikkelen van hun kennis, vaardigheden en netwerk (denk aan taalvaardigheid, sociale vaardigheden of financiële redzaamheid). BuZz probeert de mensen die zich op trede 1 of 2 van de participatieladder bevinden te activeren. Hierin staan aandacht voor boekhouding, aan het werk komen en een sociaal netwerk opbouwen centraal.
In het hoofdlijnenakkoord van het nieuwe kabinet staan meerdere punten over inwoners met een laag inkomen. Enkele voorbeelden zijn:
• Een knelpuntenaanpak en extra middelen voor specifieke groepen onder het bestaansminimum, waaronder werkende armen;
• Een stelselherziening kinderopvang zodat dit bijna gratis wordt voor werkende ouders;
• Hogere huurtoeslag;
• Hoger kindgebonden budget. In 2024 is het kindgebonden budget aanzienlijk verhoogd waardoor de bestedingsruimte van huishoudens met kinderen is toegenomen.
Naar aanleiding van de aangenomen motie 22.008301 ‘Streefcijfers verbinden aan het armoedebeleid’, zijn er streefcijfers opgenomen in het Beleidsplan Armoede 2024-2026 ‘Samen Sterker’. Hierdoor zijn nieuwe effectindicatoren verbonden aan het doel ‘10B2 Armoedebestrijding’. Deze effectindicatoren zijn verbonden aan de regelingen in het beleidsplan.
Deelname landelijke pilot mondzorg
Binnen de pilot mondzorg wordt gezocht naar oplossingsrichtingen voor inwoners die mondzorg mijden vanwege financiële redenen. Deze landelijke pilot kent een samenloop met twee, door de gemeenteraad aangenomen, moties om te komen tot een specifiek project en beleidsregels voor inwoners die mondzorg mijden. In 2025 ligt de focus op uitvoering geven aan deze oplossingsrichtingen. Afhankelijk van de tussenresultaten van de pilot, zal bezien worden of er aanpassingen plaats vinden in de gemeentepolis of dat een oplossing beter gerealiseerd kan worden middels een aparte regeling als onderdeel van de bijzondere bijstand of als separate minimaregeling. Verder willen we niet uitsluiten dat er grote winst valt te behalen door het vergroten van het bereik onder inwoners, omdat zij zich niet altijd bewust zijn van de mogelijkheden die er al zijn. Zo zijn inwoners met een gemeentepolis zich er vaak niet van bewust dat daar ook dekking is voor tandartskosten. Hierbij wordt waar mogelijk aangesloten bij het uitvoeringsplan Armoede, waarbij het vergroten van het bereik van bestaande regelingen een belangrijk thema is.
Openbaar vervoer passen Qbuzz
De busmaatschappij, QBuzz, heeft 10.000 passen beschikbaar gesteld voor de regio’s Leiden, Bollenstreek, Alphen aan den Rijn en Gouda. Met deze passen kunnen inwoners met een laag inkomen een jaar lang gratis in de daluren reizen in de regio. Gemeenten krijgen een maximaal aantal passen die zij kunnen verstrekken aan hun inwoners. Qbuzz monitort het aantal gebruikte passen en het reisgedrag, waarna in Q4 van 2025 een evaluatie plaatsvindt naar het gebruik en nut van de passen.
Leidse laptops voor kansarme jongeren
De gemeente heeft besloten de afgeschreven laptops van de gemeentelijke organisatie te laten refurbishen en beschikbaar te stellen aan jongeren in de stad die zich geen laptop kunnen veroorloven. Op deze manier kunnen meer jongeren meedoen en aansluiting vinden bij de steeds meer gedigitaliseerde samenleving. Vanuit de gemeente stellen we hier 750 laptops per jaar voor beschikbaar. Het project wordt uitgevoerd door Leidse Laptoppers en loopt tot en met 2026.
Positie op de participatieladder | Aantal personen op 31-12-2023, minimaal 2 jaar in uitkering |
1 Geïsoleerd | 212 |
2 Sociale contacten buiten de deur | 868 |
3 Deelname georganiseerde activiteiten | 411 |
4 Onbetaald werk | 331 |
5 Betaald werk met ondersteuning | 176 |
6 Betaald werk | 20 |
onbekend | 46 |
Totaal | 2064 |
Effectindicator | Realisatie | Streefwaarden | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Doel 10B2 Armoedebestrijding* | ||||||
10B2.a Gebruik Collectieve Ziektekostenverzekering Minima | 6.070 (2021) 5.559 (2022) 5.740 (2023) | 6.200 | 6.400 | - | - | Zorg en Zekerheid |
10B2.b Inzet maatwerkbudget | 243 (2021) 217 (2022) 331 (2023) | 325 | 350 | - | - | Privo |
10B2.c Aantal goedgekeurde aanvragen Stichting Leergeld | 1.690 (2021) 1.798 (2022) 1.818 (2023) | 1.900 | 1.950 | - | - | Stichting Leergeld |
10B2.d Aantal goedgekeurde aanvragen Jeugdfonds Sport en Cultuur | 866 (2021) 972 (2022) 1.087 (2023) | 1.050 | 1.100 | - | - | Jeugdfonds Sport en Cultuur |
10B2.e Aantal goedgekeurde aanvragen Volwassenenfonds Sport en Cultuur | 479 (2022) 689 (2023) | 1.500 | 1.750 | - | - | Volwassenfonds Sport en Cultuur |
10B2.f Aantal gekochte Zomerzwemabonnementen | 254 (2021) 439 (2022) 442 (2023) | 500 | 520 | - | - | W&I |
Doel | Prestatie |
---|---|
10C1 Leidenaars (18 t/m AOW-leeftijd) voor wie een financieel vangnet nodig is, ontvangen inkomensondersteuning | 10C1.1 Behandelen aanvragen en beheer uitkeringen Participatiewet, Ioaw, Ioaz, Bbz- inkomensvoorzieningen |
10C1.2 Uitvoeren fraudepreventie en opsporen uitkeringsfraude | |
10C1.3 Uitvoeren terugvordering en verhaal |
10C1 Leidenaars (18 t/m AOW-leeftijd) voor wie een financieel vangnet nodig is, ontvangen inkomensondersteuning
Het aantal bijstandsuitkeringen is licht toegenomen in de eerste helft van 2024. De toename komt doordat meer jongeren tot 27 jaar een bijstandsuitkering ontvangen en een toename in het aantal statushouders dat zich in Leiden vestigde.
Effectindicator | Realisatie | Streefwaarden | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Doel 10C1 Leidenaars (18 t/m 64 jaar) voor wie een financieel vangnet nodig is, ontvangen inkomensondersteuning | ||||||
10C1.a Personen met een bijstanduitkering, aantal per 1.000 inwoners* | 45,5 (2021) 39,3 (2022) 36,4 (2023) | 45,0 | 44,5 | 44,0 | 43,5 | CBS |
10C1.b % ontvangen bedrag van het totaalsaldo vorderingen (Incassoquote) | 14% (2020) | 15% | 15% | 15% | 15% | W&I |
10C1.c Percentage huishoudens dat ten minste één jaar een inkomen heeft tot 120% van het sociaal minimum* | 14% (2020) 14% (2021) 13% (2022) | 13% | 13% | 13% | 12% | CBS |
10C1.d Aantal Leidse huishoudens dat langdurig in armoede leeft* | 4.600 (2020) 4.500 (2021) 4.400 (2022) | 4.350 | 4.300 | 4.250 | 4.200 | CBS |
Doel | Prestatie |
---|---|
10D1 Het ontstaan dan wel escalatie van problematische schuldensituaties is voorkomen | 10D1.1 Uitvoeren van vroegsignalering, preventieve maatregelen, stabilisatietrajecten en budgetbeheer |
10D2 Problematische schuldensituaties zijn beheersbaar gemaakt en (zo mogelijk) opgelost | 10D2.1 Uitvoeren schuldhulpverlening |
Inwoners worden geholpen bij het voorkomen en oplossen van schulden. EHBG probeert in een vroeg stadium inwoners te bereiken die een achterstand hebben in één van de vaste lasten (huur, energie, water, ziektekosten) zodat hulp geboden kan worden en problematische schulden voorkomen wordt. De Stadsbank helpt inwoners met het oplossen van schulden door met schuldeisers betalingsafspraken te maken of het verstrekken van een saneringskrediet. Ook in 2025 proberen we zo vroeg mogelijk inwoners te bereiken. Hierbij leggen we verbinding met het armoedebeleid waarin we inwoners proberen te bereiken zodat ze gebruik gaan maken van alle beschikbare financiële regelingen. Indien wordt besloten om het beleidsplan schuldhulpverlening te verlengen (zie voor meer informatie ook de inleiding van dit programma), gaan we in 2025 ook verder met de preventieactiviteiten zoals lesprogramma's op scholen, spreekuren op het MBO Rijnland en aanwezigheid van team EHBG bij de voedselbank. Ook zijn schuldhulpverleners een dagdeel bij het Sociaal Wijkteam aanwezig zodat de drempel om hulp te vragen wordt verlaagd.
Doordat vroegsignalering is opgenomen in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening zijn hierover drie effectindicatoren opgenomen bij doel 10D1 ‘het ontstaan dan wel escalatie van problematische schuldensituaties is voorkomen’ namelijk:
• Het aantal meldingen signaalpartners Eerste Hulp Bij Geldzorgen. Vaste lasten partners melden achterstanden van 1 maand of meer bij het team EHBG waarna het team probeert contact te krijgen met de inwoner om hulp te bieden.
• Het percentage inwoners waarbij via Eerste Hulp Bij Geldzorgen daadwerkelijk contact tot stand is gekomen met de inwoner. Team EHBG heeft met de inwoner gesproken of er is over en weer mail of WhatsApp contact geweest.
• Het percentage waarbij de inwoner hulp via Eerste Hulp Bij Geldzorgen accepteert. Dit is het percentage ten opzichte van het totaal aantal meldingen en niet het percentage hulp wanneer er daadwerkelijk contact is geweest.
Effectindicator | Realisatie* | Streefwaarden | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Doel 10D1 Het ontstaan dan wel escalatie van problematische schuldensituaties is voorkomen. | ||||||
10D1.a.Het gemiddelde schuldbedrag van particulieren die zich bij de schuldhulpverlening hebben gemeld | - | €36.000 | €36.000 | €35.000 | €35.000 | Stadsbank |
10D1.b Het gemiddelde aantal schuldeisers van particulieren die zich bij de schuldhulpverlening hebben gemeld | - | 12 | 12 | 11 | 11 | Stadsbank |
10D1.c Het percentage particuliere aanvragers voor schuldhulpverlening, dat eerder (binnen een periode van 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag) een minnelijk of wettelijk traject hebben doorlopen | - | 4% | 4% | 3% | 3% | Stadsbank |
10D1.d Aantal ex-ondernemers dat zich meldt bij de Stadsbank** | - | 20 | 20 | 20 | 20 | Stadsbank |
10D1.e Aantal ondernemers dat zich meldt bij de Stadsbank | 62 (2023) | 60 | 60 | 60 | 60 | Stadsbank |
10D1.f Aantal meldingen signaalpartners Eerste Hulp Bij Geldzorgen | 7.212 (2023) | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | EHBG |
10D1.g Het percentage inwoners waarbij via Eerste Hulp Bij Geldzorgen daadwerkelijk contact tot stand is gekomen met de inwoner | 18% (2023)*** | 20% | 21% | 22% | 23% | EHBG |
10D1.h Het percentage waarbij de inwoner hulp via Eerste Hulp Bij Geldzorgen accepteert | 6% (2023)**** | 9% | 9% | 10% | 10% | EHBG |
Doel 10D2 Problematische schuldensituaties zijn beheersbaar gemaakt en (zo mogelijk) opgelost | ||||||
10D2.a Aantal gestarte schuldregelingen***** | - | 110 | 120 | 120 | 120 | Stadsbank |
10D2.b Aantal geslaagde schuldbemiddelingstrajecten | - | 40 | 30 | 30 | 30 | Stadsbank |
10D2.c Aantal geslaagde saneringskredieten | - | 100 | 110 | 110 | 110 | Stadsbank |
Werk en inkomen | Rekening | Begroting | Begroting | Meerjarenraming | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2026 | 2027 | 2028 | |||||
Arbeidsparticipatie | Lasten | 42.364 | 45.113 | 41.774 | 41.059 | 40.670 | 40.059 |
Baten | -16.488 | -15.797 | -15.745 | -15.602 | -15.608 | -15.608 | |
Saldo | 25.876 | 29.317 | 26.029 | 25.457 | 25.062 | 24.451 | |
Maatsch. participatie en onderst. minima | Lasten | 19.709 | 16.214 | 13.302 | 12.534 | 12.154 | 12.216 |
Baten | -1.258 | -1.712 | -1.890 | -869 | -1.154 | -1.549 | |
Saldo | 18.451 | 14.502 | 11.412 | 11.665 | 11.000 | 10.667 | |
Inkomensvoorzieningen | Lasten | 63.518 | 65.931 | 66.278 | 66.278 | 66.278 | 66.278 |
Baten | -57.612 | -59.832 | -60.609 | -60.609 | -60.609 | -60.609 | |
Saldo | 5.906 | 6.099 | 5.668 | 5.668 | 5.668 | 5.668 | |
Schuldhulpverlening | Lasten | 4.661 | 3.798 | 4.207 | 4.201 | 3.846 | 3.857 |
Baten | -813 | -672 | -702 | -700 | -700 | -700 | |
Saldo | 3.848 | 3.126 | 3.505 | 3.501 | 3.146 | 3.157 | |
Programma | Lasten | 130.253 | 131.056 | 125.561 | 124.071 | 122.947 | 122.410 |
Baten | -76.171 | -78.013 | -78.946 | -77.780 | -78.071 | -78.466 | |
Saldo van baten en lasten | 54.081 | 53.044 | 46.614 | 46.291 | 44.876 | 43.944 | |
Reserves | Toevoeging | 6.582 | 2.353 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -8.750 | -3.264 | -1.363 | -1.286 | -388 | -222 | |
Mutaties reserves | -2.168 | -911 | -1.363 | -1.286 | -388 | -222 | |
Resultaat | 51.913 | 52.133 | 45.251 | 45.005 | 44.488 | 43.722 |
De daling van de lasten en/of de stijging van de baten worden onder andere veroorzaakt door de indexering van budgetten, doorrekening van de kostenverdeelstaat en de kapitaallasten die zijn berekend vanuit het meerjareninvesteringsplan 2025-2028. Beleidswijzigingen met financiële consequenties worden hierna per beleidsterrein toegelicht.
Per saldo dalen de lasten met € 2,6 miljoen. In 2024 is er een incidenteel regionaal budget beschikbaar van € 0,9 miljoen (Begeleiding jongeren € 0,6 miljoen en Dichterbij dan je denkt € 0,3 miljoen). Er is in 2024 een incidenteel budget beschikbaar voor het regionaal mobiliteitsteam van € 0,5 miljoen. Het Rijk heeft tot en met 2024 een regionaal budget Laaggeletterdheid beschikbaar gesteld van € 0,4 miljoen. In 2024 is er een incidenteel rijksbudget beschikbaar van € 0,1 miljoen voor taallessen aan OekraÏense vluchtelingen.
De lasten en baten inburgering voor de regio dalen beide met € 0,6 miljoen. De bestaande overeenkomst met de Leidse regio liep tot 2025. Zodra de nieuwe overeenkomst gereed is zullen de lasten en baten vanaf 2025 worden toegevoegd. aan de begroting.
De lasten dalen per saldo met € 535.000 als gevolg van mutatie van rijkssubsidies die via de algemene uitkering ontvangen worden voor respectievelijk de WSW (daling ad € 611.000) en de Trajectbegeleiding (stijging ad € 76.000). De daling bij de WSW betreft de door het Rijk geprognosticeerde daling van het aantal arbeidsjaren van WSW’ers. Daarnaast dalen de lasten met € 623.000 doordat DZB, in de rol van centrumgemeente arbeidsregio Holland Rijnland, in 2024 (door een overschot uit 2023) extra middelen tot haar beschikking heeft. Deze middelen worden ingezet voor projecten gericht op arbeidsparticipatie binnen de Leidse arbeidsregio/ Holland Rijnland. Tevens nemen de lasten in 2025 af met € 625.000 en de baten af met € 101.000 door het wegvallen van het extra energiebudget (kaderbrief 2023). Door indexering nemen de lasten toe met € 607.000 en de baten toe met € 508.000.
De lasten dalen per saldo met € 2,9 miljoen. In 2024 was er een incidenteel energietoeslagbudget beschikbaar van € 3,1 miljoen. De lasten stijgen vanaf 2025 met € 0,2 miljoen vanwege invoeringskosten van de Leidse sleutelpas. De baten stijgen met € 0,1 miljoen vanwege de verwachte opbrengst uit de verkoop van de Leidse sleutelpas, die naar verwachting in de tweede helft van 2025 in gebruik wordt genomen.
De wijzigingen in de lasten en baten worden volledig veroorzaakt door indexering van de budgetten en door veranderingen in de doorrekening van de kostenverdeelstaat.
De lasten stijgen met € 0,1 miljoen structureel door extra inzet op schuldhulpverlening aan ondernemers. In de meicirculaire van 2024 zijn hiervoor structureel middelen beschikbaar gesteld door het Rijk, die opgenomen zijn in de algemene uitkering.
Reserves programma 10 | Rekening | Begroting | Begroting 2025 | Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
DZB Bedrijfsreserve dzb-Leiden wsw | Toevoeging | 104 | 1.106 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -1.372 | -1.106 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -1.268 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
DZB Reserve zachte landing rijksbez. Wsw | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -158 | -65 | -65 | -65 | -65 | -65 | |
Saldo | -158 | -65 | -65 | -65 | -65 | -65 | |
DZB Reserve frictiekosten ID/WIW DZB | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -29 | -33 | -33 | -33 | -33 | -33 | |
Saldo | -29 | -33 | -33 | -33 | -33 | -33 | |
Reserve Sociaal Domeins P10 | Toevoeging | 6.478 | 1.247 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -7.038 | -2.060 | -1.266 | -1.188 | -290 | -124 | |
Saldo | -560 | -813 | -1.266 | -1.188 | -290 | -124 | |
Reserve Fonds Debt? to no Debt! | Toevoeging | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekking | -154 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -154 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Reserves programma 10 | -2.168 | -911 | -1.363 | -1.286 | -388 | -222 |
Reserve DZB zachte landing rijksbezuinigingen WSW
De onttrekking van € 65.095 is geraamd ter dekking van tijdelijke projecten, die gericht zijn op het opvangen van de effecten van de landelijke bezuinigingen op de WSW (wet sociale werkvoorziening).
Reserve DZB frictiekosten ID/WIW
Er is een onttrekking geraamd van € 32.747. Dit is nodig om het geraamde tekort op de twee resterende WIW-dienstbetrekkingen te dekken. In 2014 is besloten om de WIW af te bouwen en is een bedrag gestort in de reserve om de toekomstige frictiekosten op te vangen.
Reserve sociaal domein
Er zijn vijf onttrekkingen geraamd aan de reserve. Het betreft intensivering Minimabeleid € 420.000 (RV 24.0093), uitbreiding Vroegsignalering € 360.000 (kaderbrief 2023), Bestaanszekerheid € 300.000 (beleids-akkoord 2022), inkomen dakloze jongeren € 100.000 (motie M23.0093) en invoeringskosten Leidse sleutelpas
€ 86.000 (kaderbrief 2024).
In onderstaand overzicht staan de investeringen zoals deze zijn opgenomen in het investeringsplan 2025-2028. In paragraaf 4.2.2 Investeringen wordt de ontwikkeling van de kapitaallasten toegelicht en staat een overzicht met te voteren kredieten.
Prestatie | Omschrijving prestatie | Omschrijving investering | Categorie | nieuw / vervanging | VK/ | Bijdrage derden/ reserves | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
10A301 | Inzetten van door het Rijk beschikbaar gestelde WSW-formatie | Vervanging bedrijfsmiddelen 2025-2028 | Bedrijfsm. | V | - | 553 | 553 | 553 | 553 | |
Totaal programma 10 | - | 553 | 553 | 553 | 553 |
subsidiestaat 2024 | subsidiestaat 2025 | |
---|---|---|
Subsidie saldo | 2.358.432 | 2.286.922 |
Het volledige subsidie-overzicht is opgenomen in paragraaf 3.2.8 subsidies.