Leiden is een aantrekkelijke stad. De meeste Leidenaren zijn erg tevreden over hun woning en woonomgeving. De landelijke trek naar de Randstad slaat deels ook neer in Leiden. Samen met de extramuralisering van de zorg (het bieden van gelijkwaardige zorg buiten de muren van een instelling), waaronder ook het langer zelfstandig thuis wonen van ouderen en de voortgaande daling van de gemiddelde huishoudensgrootte, betekent dit dat er de komende jaren een grote bouwopgave ligt. Via een goede analyse, monitoring en programmering geven we richting aan deze opgave. Daarnaast proberen we de bestaande woningvoorraad zo goed mogelijk te benutten en in te zetten op doorstroming. Zo kan bijvoorbeeld een oudere die in een grotere woning woont, voorrang krijgen op een passende woning dichtbij de benodigde voorzieningen.
In het beleidsakkoord 2022-2026, ‘Samen leven in Leiden’ hebben we de ambitie vastgelegd om vanaf 2021 tot 2030 8.800 woningen te realiseren, waarbij we in uitvoering van bouwplannen en projecten focussen op vier kansrijke woningbouwlocaties: Stationsgebied, Wernink, Lammenschans en Willem de Zwijgerlaan. Daarnaast werken we aan een stadsbrede verhoging van het percentage sociale huurwoningen bij nieuwbouw van 30% naar 35% en voor het middensegment een percentage van 35%. Hierover maken we bij nieuwe projecten afspraken met de ontwikkelende partijen, zodat de voorwaarden meer overeenkomen met die van corporaties. Deze uitwerking is vastgelegd in onze doelgroepenverordening. We leggen de percentages vast in privaatrechtelijke overeenkomsten en het omgevingsplan. Om ervoor te zorgen dat een groot deel van de nieuwe sociale huurwoningen in bezit van de corporaties komt, brengen we woningcorporaties meer in positie bij ontwikkelende partijen.
Binnen onze ruimtelijke en financiële kaders onderzoeken en bouwen we nieuwe gezamenlijke woonconcepten die beter aansluiten bij de wensen van bijvoorbeeld ouderen. Hierbij wordt concreet gedacht aan geclusterde woonvormen voor ouderen die bijdragen aan het vergroten van de zelfredzaamheid en het verminderen van eenzaamheidsgevoelens. Hiervoor lanceren we begin 2025 de Leidse aanpak innovatief samenwonen. Met deze aanpak willen we initiatiefnemers en ontwikkelaars inspireren en stimuleren om tot nieuwe gezamenlijke woonconcepten te komen. De Leidse aanpak innovatief samenwonen hangt uiteraard nauw samen met de Leidse visie op wonen, zorg en welzijn, welke eind 2025 aan de raad wordt aangeboden. Op een aantal locaties zijn al plannen voor geclusterde woonvormen of woonvormen waarbij ontmoeting en omkijken naar elkaar wordt gestimuleerd. Naar verwachting wordt in 2026 gestart met de bouw van de woontoren op de Kopermolen. Hierbij krijgen (oudere) bewoners uit de Merenwijk voorrang bij verhuur van de nieuwe woningen. De woontoren komt naast het winkelcentrum waarmee verschillende voorzieningen op loopafstand bereikbaar zijn. In 2025 start de bouw van Lorentzhof fase II. Hier wordt een geclusterde woonvorm voor ouderen gerealiseerd in samenwerking met het Ouderencontact Profburgwijk. Maar ook in bestaande bouw in de Stevenshof en de Merenwijk kijken we samen met onze partners of we in bepaalde complexen die al bestempeld zijn als seniorencomplexen, voorzieningen als zorg en welzijn kunnen toevoegen, naar het voorbeeld van de Parelvissers.
De door de raad in 2023 gemaakte keuzes met betrekking tot de woningmarktregulerende maatregelen, zoals vergunningen voor Goed verhuurderschap, verkamering en opkoopbescherming, worden uitgevoerd. We zullen in 2025 rekening moeten houden met mogelijk veranderende (markt)omstandigheden. Voorbeelden hiervan zijn meer rijksregulering, personeels- en materiaaltekorten en oplopende rente die allen hun weerslag hebben op de woningbouwproductie.
Doel | Prestaties |
6C1 Hogere kwaliteit en toename van de woningvoorraad | 6C1.1 Woonvisie Leiden 2020-2030 en uitvoeringsagenda wonen |
6C1.2 Uitvoering prestatieafspraken 2020-2025 | |
6C1.3 Regionale woonvisie en woonruimteverdeling | |
6C1.4 (Laten) uitvoeren van projecten (inclusief studentenhuisvesting) | |
6C2 Opheffen illegale huisvesting | 6C2.1 Toezien en handhaven op onrechtmatige bewoning |
In het Wetsvoorstel versterking regie volkshuisvesting staat dat gemeenten verplicht zijn om een volkshuisvestingprogramma op te stellen om hoofdlijnen van het woonbeleid (door de raad vastgesteld in de omgevingsvisie) op een aantal verplichte volkshuisvestelijke onderdelen te concretiseren. Het volkshuisvestingsprogramma volgt de Uitvoeringsagenda Wonen 2020-2023 op en krijgt een plek in de beleidscyclus van de Omgevingswet. Naar verwachting zal in de eerste helft van 2025 het volkshuisvestingsprogramma worden vastgesteld. Hieronder volgt een opsomming van een aantal belangrijke, actuele onderwerpen waaraan in 2025 (verder) invulling wordt gegeven.
Sturen op de woningbouwopgave
In de Woonvisie hebben we doelstellingen geformuleerd met betrekking tot het aantal en typen woningen. In het beleidsakkoord ‘Samen leven in Leiden’ staan nieuwe doelstellingen op basis van een nieuwe woningbehoefteraming. Daarnaast is de ambitie geformuleerd om 2700 studentenkamers toe te voegen in de hele Leidse regio tussen 2021 en 2030. Deze nieuwe ambities zijn vanaf 2023 verwerkt in de jaarlijkse streefwaarden volgens de woningbouwmonitor. We blijven de vastgestelde woningbouwdoelstellingen monitoren en we rapporteren hier twee keer per jaar over via de rapportage Woningbouwmonitor. Als uit de rapportage blijkt dat we op deelniveaus onze doelstellingen niet halen, sturen we in projecten de mix van woningbouwprogramma bij.
Woningmarktregulering en verkamering
Ook in de bestaande woningvoorraad is het belangrijk om de beschikbaarheid en betaalbaarheid van
woningen en de leefbaarheid van de omgeving zo goed mogelijk te beschermen. Daarom is op 1 januari 2024 een aantal woningmarktregulerende maatregelen ingevoerd.
In 2025 komt de focus te liggen op de toezicht op en de handhaving van het nieuwe beleid, welke in 2024 is geïmplementeerd. De verwachting is dat het meldpunt voor ongewenst verhuurdergedrag steeds beter gevonden zal worden. Op basis van meldingen bij dit meldpunt kan de gemeente handhavend optreden. Naar aanleiding van dataonderzoek zullen illegale situaties (verhuren zonder benodigde vergunning) worden aangeschreven en kan er worden gehandhaafd.
Huurteam
Na de ervaringen die we hebben opgedaan met de pilot Huurteam wordt er nu een aanbesteding doorlopen. Op basis hiervan zal in 2025 een nieuwe samenwerking met een Huurteam zijn gestart. Voor de handhaving van de woningmarktregulerende maatregelen, met name voor goed verhuurderschap, zal ook inzet van het huurteam worden gevraagd.
Leidse visie op wonen, zorg en welzijn.
In de afgelopen jaren is ingezet op de scheiding van wonen en zorg. Cliënten uit de maatschappelijke zorg wonen vaker zelfstandig in de wijk met ambulante zorg en ondersteuning. Daarnaast zien we een dubbele vergrijzing op ons afkomen, waarbij ouderen langer zelfstandig blijven wonen. Dit vraagt niet alleen om passende huisvesting, maar ook om passende zorg, ondersteuning en begeleiding. Hierover gaat de Leidse visie op wonen, zorg en welzijn. Door invulling te geven aan goed en passend wonen met passende zorg, ondersteuning en begeleiding, geven we vorm aan een leefbare stad.
Het opstellen van een integrale, regionaal afgestemde woonzorgvisie wordt een wettelijke verplichting. In de (concept-) Wet versterking regie op de volkshuisvesting staat dat deze visie op wonen, zorg (en welzijn) onderdeel van het volkshuisvestingsprogramma wordt. Daarin moet onder meer de woonbehoefte en woonopgaven zijn opgenomen en de zorg- en ondersteuningsbehoefte van aandachtsgroepen en ouderen. Voor veel doelgroepen hebben we al (sub)regionale of lokale beleidskaders of samenwerkingen opgesteld. Bijvoorbeeld in het Programma Oekraïners, Statushouders en Asielzoekers (Leiden) of het Programma Maatschappelijke Zorg Leidse Regio, maar ook de WMO wordt al (sub)regionaal ingekocht. Deze kunnen als uitgangspunt worden genomen. Een woonzorg(welzijn)visie is echter meer dan het samenvoegen van deze verschillende beleidstukken. Het gaat ook over samenhang, prioritering en waar en hoe dit moet landen in de wijken.
In 2024 is met de gemeenten binnen de Leidse Regio én de partners op het gebied van wonen, zorg en welzijn gewerkt aan een (sub)regionale woonzorgcomponent. In 2025 wordt de woonzorgcomponent gebruikt om de Leidse visie op wonen, zorg en welzijn verder uit te werken. Onderdelen van de Leidse visie op wonen, zorg en welzijn vloeien voort uit uitspraken uit de Omgevingsvisie Leiden 2040.
Inzet op de huisvesting van doelgroepen (statushouders, spoedzoekers en kwetsbare doelgroepen)
We werken aan een inclusieve samenleving waarbij wonen de basis is. De cliënten die uitstromen uit beschermd wonen en maatschappelijke opvang, doen een beroep op de goedkope sociale huurwoningen van de woningcorporaties. Dit gebeurt via de zogenaamde contingentenregeling. Binnen hetzelfde woonsegment moeten de bijzondere doelgroepen concurreren met urgent woningzoekenden, een nog altijd groeiend aantal statushouders en woningzoekenden op de woningmarkt. We blijven inzetten op het maken van plannen en afspraken over de toewijzing met zowel projectontwikkelaars, als met corporaties voor de realisatie van meer sociale huurwoningen die geschikt zijn voor deze doelgroep. Met projectontwikkelaars gaan we in onderhandeling over het onderbrengen van sociale huurwoningen bij corporaties, waar wij zelf grond hebben maken we afspraken met corporaties en in de doelgroepenverordening worden voorwaarden gesteld aan onder andere de instandhoudingstermijn voor sociale- en middeldure huur. Op deze wijze proberen we corporaties meer in positie te brengen zodat nieuwe sociale huurwoningen in de regel in bezit zullen zijn van corporaties, conform het beleidsakkoord. In de prestatieafspraken met de corporaties is al afgesproken dat geprobeerd wordt om 10% van de nieuw gebouwde sociale huurwoningen te bestemmen voor de bijzondere doelgroepen. Dit alles doen we in nauwe samenwerking met de betreffende collega's uit het sociale domein en het projectbureau. Zie hiervoor ook de toelichting onder het Programma Oekraïners, Statushouders en Asielzoekers en in hoofdstuk 9D Maatschappelijke Ondersteuning – Kwetsbare groepen.
Eind 2020 hebben we prestatieafspraken gemaakt met de Leidse woningcorporaties en huurdersvertegenwoordiging om gezamenlijk invulling te geven aan onze woonambities en uitdagingen in de periode 2020 t/m 2025. Thema’s in de prestatieafspraken zijn onder andere ‘beschikbaarheid & betaalbaarheid’, ‘studentenhuisvesting’, ‘duurzaamheid’, ‘leefbaarheid’ en ‘wonen & zorg voor bijzondere doelgroepen’. Ook in andere documenten zijn afspraken met woningcorporaties (en andere partijen) gemaakt. De woningcorporaties, huurdersvertegenwoordiging en gemeente werken eraan om in 2025 een nieuwe set prestatieafspraken te maken.
In 2024 zijn de woningcorporaties, GGD Hollands Midden en de gemeente een samenwerking gestart om een robuuste aanpak op de schimmelproblematiek te ontwikkelen. Hierbij worden ook de huurders betrokken. Deze aanpak wordt in 2025 voortgezet.
Prestatie 6C1.3 Regionale woonagenda en woonruimteverdeling 2022
Uitvoering RWA 2023
Het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland heeft de Regionale Woonagenda (RWA) vastgesteld, waarna de uitvoering is gestart. Die gaat vooral over de uitvoering van de geactualiseerde regionale woningbouwproductie. We versterken de regionale afstemming van de woningbouwprogrammering door meer te kijken naar de kwalitatieve opgave en deze met de (sub)regio’s af te stemmen. De koers van de RWA ligt in lijn met de Leidse Woonvisie en het Coalitieakkoord ‘Samen leven in Leiden’. Onderdeel van de uitvoering van de regionale woningbouwproductie is de jaarlijkse regionale afstemming van de woningbouwplanlijst en aanbieding hiervan aan de provincie door Holland Rijnland.
Actualisatie rHVV
Naar aanleiding van de vaststelling van de herziene Huisvestingswet is Holland Rijnland gestart met de actualisatie van de regionale Huisvestingsverordening. Volgens planning wordt deze in de eerste helft van 2025 voor zienswijze aangeboden aan de gemeenteraden in Holland Rijnland en andere belanghebbenden. Medio 2025 kan het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland de geactualiseerde Huisvestingsverordening vaststellen, zodat die op 1 januari 2026 in werking kan treden.
Regionale Realisatieagenda / Woondeal Holland Rijnland
In het kader van het Nationale Woon- en Bouwagenda en het Programma Woningbouw hebben de gemeenten in Holland Rijnland (waaronder Leiden) met provincie Zuid-Holland en het rijk de Regionale Realisatieagenda / Woondeal vastgesteld. De regionale Versnellingstafel en Woondealtafels zijn inmiddels operationeel. Het doel van deze tafels is om woningbouwprojecten te versnellen en doorgang te laten vinden en knelpunten / kritische succesfactoren op te lossen met de stakeholders aan deze tafels. In het kader van de realisatieagenda worden ook de voortgang en samenstelling van de woningbouw gemonitord.
Uitvoering Beleid Woonwagens
In de RWA hebben gemeenten afgesproken om 36 standplaatsen in de regio te realiseren (12 per subregio). In 2025 zal Leiden binnen de Leidse regio het gesprek voortzetten om te komen tot 12 nieuwe standplaatsen in de Leidse regio. Voor de woonwagenlocatie de Trien Semlerstraat zijn 5 standplaatsen gerenoveerd teruggebracht. Hierdoor kunnen kinderen van de bewoners van de Trien Semlerstraat terugkeren. Naar verwachting wordt in 2025 de herinrichting van de locatie afgerond. Bij het opstellen van het volkshuisvestingsprogramma wordt ook gekeken of er (aanvullend) woonwagenbeleid nodig is.
Onder deze prestatie zijn de projecten opgenomen die qua omvang het grootste zijn en het meeste bijdragen aan de woningbouwopgave in de komende tien jaar. Deze projecten zijn van belang voor de gehele verstedelijkingsopgave (met meer gewicht aan sociale huur toevoeging dan de toevoeging van studentenhuisvesting of vrije sector huur). Projecten waarbij “derden / de markt “ verantwoordelijk zijn, worden niet opgenomen. Voor het aantal woningen dat wordt toegevoegd per project verwijzen we u naar de rapportage woningbouwmonitor. De volgende belangrijkste projecten worden toegelicht:
1. Lammenschansdriehoek
2. Stationsgebied
3. De Zwijger
4. Entreegebied
5. Westerpoort
6. Vondelkwartier
7. Energiepark
8. Werninkterrein
9. LEAD
10. Groenoordhallen fase 2
11. Telderskade e.o.
12. Plesmanlaan 100 / Jacobs
13. Meerburg, Rivierenbuurt
Bij deze projecten is de gemeente (mede) verantwoordelijk en is veelal sprake van een breder doel dan alleen de vergroting van de woningvoorraad. Hierbij kan gedacht worden aan het (gecombineerd) realiseren van sociaal culturele voorzieningen, het realiseren van goede bereikbaarheid en parkeervoorzieningen en het verbeteren van de stedenbouwkundige kwaliteit van de binnenstad en andere gebiedsdelen. Bij dergelijke projecten heeft de gemeente als opdrachtgever een sturende rol en is voor het proces verantwoordelijk. Veelal heeft de gemeente hierbij ook een grondpositie.
Krediet prijsstijgingen woningbouw
In de Begroting 2024 is een krediet beschikbaar gesteld voor ‘Prijsstijgingen woningbouw’, met een omvang van € 8,5 miljoen. Dit incidentele krediet is bedoeld voor het dekken van tekorten in de businesscases van ontwikkelaars van woningbouwprojecten, die als gevolg van sterk verslechterde marktomstandigheden (met name door gestegen rentes en hogere bouwkosten als gevolg van schaarste aan bouwpersoneel en bouwmaterialen) in 2022 en 2023 onder water zijn komen te staan. De raad heeft onder andere als kader meegegeven dat het krediet alleen mag worden besteed aan woningbouwprojecten die in 2024 in aanbouw zouden gaan.
Door de toekenning van een viertal zogeheten Startbouwimpulssubsidies door het Rijk zijn de woningbouwprojecten die begin 2024 te maken hadden met een financieel tekort (Kappa, Zirro & Schouls, LEAD en Park More gebouw 5) inmiddels verder geholpen en grotendeels ook in aanbouw gegaan. Projecten die een dergelijke impuls ook nodig hebben om in uitvoering te kunnen gaan, maar waaraan geen Startbouwimpulssubsidie is toegekend (zoals Schipholweg 66 – 128 en de Tarentaal), zijn in beeld voor een bijdrage uit het gemeentelijke krediet. Door verschillende omstandigheden is een deel van deze projecten echter vertraagd, waardoor de start pas in 2025 zal plaatsvinden. Om deze reden wordt de inzetbaarheid van het krediet ‘Prijsstijgingen woningbouw’ verlengd, zodat dat ook besteed mag worden aan woningbouwprojecten die in 2025 in uitvoering gaan.
Sinds 2012 is in de Lammenschansdriehoek sprake van een gebiedsontwikkeling op basis van
uitnodigingsplanologie. De verschillende deelgebieden binnen de Lammenschansdriehoek bevinden zich allemaal in een andere fase van ontwikkeling.
Kanaalpark
Voor de ontwikkellocatie Kanaalpark 142 voert GREEN een verkenning uit naar diverse concepten, waaronder het bouwen van een respijthuis, een wooncomplex voor ouderen en een wooncomplex voor andere doelgroepen met een lichte zorgvraag. De gemeente is voornemens om een intentieovereenkomst te sluiten.
Lammenschansstrip
De bouw van project Omega/Kappa is gestart. Samen zijn de projecten HOF36 en Omega/Kappa goed voor 719 woningen en voorzieningen. De voormalige locaties van Zirkzee Wonen en Slapen/Autohaag de Zeeuw en Aannemingsbedrijf Schouls (project Zirro/Schouls) zijn goed voor nog eens maximaal 780 woningen. Voor het project Zirro-Schouls is de bouw is gestart. De aanleg van de openbare ruimte is gestart en fase 1 rondom HOF 36, is in 2024 overgedragen aan beheer. In 2025 wordt er gestart met fase 2 van de openbare ruimte.
Dunea
De verhuizing van het steunpunt naar een andere locatie heeft plaatsgevonden. De ruimte rondom de reinwaterbergingen is in 2024 ingericht als bouwplaats en daarna komt er een parkachtige openbare ruimte voor de buurt.
Gamma-locatie
De intentieovereenkomst (IOK) is getekend met De Raad Bouwontwikkeling B.V. voor de Gamma-locatie in de Lammenschansdriehoek. In deze overeenkomst is het project benoemd. Het Bouwplan omvat de bouw van ruim 400 woningen, waarvan 35% sociale huurwoningen en 35% in de middeldure huur/-koop categorie, en maatschappelijke en/of commerciële voorzieningen. In 2025 is het streven om het omgevingsplan gereed te hebben en zal de ontwikkelaar participeren met de buurt.
Het Stationsgebied is met Leiden Centraal het belangrijkste OV-knooppunt in de regio en daarmee het visitekaartje van onze stad. Het wordt getransformeerd naar een plek waar ruimte is voor wonen, werken, ontspannen, reizen en ontmoeten. Het Stationsgebied verbindt de historische binnenstad en het Leiden Bio Science Park. Het is, mede gelet op de grote verstedelijkingsopgave in de Leidse regio, van groot belang om in de komende jaren deze integrale gebiedsontwikkeling door te zetten. Naar aanleiding van de ontwikkelingen in de afgelopen periode, zoals de locatiekeuze voor het busstation en het collegeakkoord en de Duurzaamste Kilometer van Nederland, heeft het college het Masterplan met de vaststelling van de gebiedsagenda Stationsgebied (eind 2019) en gebiedsvisie Stationsgebied (begin 2021) verrijkt met nieuwe inzichten. Met name op het gebied van OV / mobiliteit, verduurzaming, parkeren en sociale woningbouw. In vervolg hierop is in 2020 de gebiedsvisie voor het stationsgebied uitgewerkt en in het tweede kwartaal van 2021 aan de
raad ter besluitvorming voorgelegd. Afspraken over de verstedelijking in de invloedssfeer van de OV-knoop zorgen voor verdere groei van de reizigersstromen van OV, fiets en voetganger. In 2020 is de opgave voor Knooppunt Leiden verder uitgewerkt samen met NS, ProRail, PZH, Ministerie van I&W, MRDH, Holland Rijnland en LUMC. Dit heeft geresulteerd in het document ‘Leiden Verbindt’ en een besluit tijdens het bestuurlijk overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO-MIRT) in november 2020 dat de gezamenlijke partijen naar een MIRT-verkenning voor de Oude Lijn en Knooppunten toe kunnen werken. Eind 2021 heeft het ministerie van I&W bij het Nationaal Groeifonds een propositie ingediend voor de bekostiging van de investeringen. Met de kabinetsformatie zijn middelen van het Groeifonds overgeheveld naar het Mobiliteitsfonds. Op basis hiervan is in november 2022 de startbeslissing voor de MIRT-verkenning ondertekend. Met de ontwikkeling van Knooppunt Leiden transformeert het zesde station van Nederland naar een hoogwaardige mobiliteitshub die reizigers veel reis-, overstap- en verblijfskwaliteit biedt. De
deelgebiedsontwikkelingen Bus-, Trafo en Connexxionlocatie zijn door de aanwezigheid van het busstation en de busremise belangrijk in het functioneren van het Knooppunt en daarom onderdeel van het gebied wat betrekking heeft op de MIRT-verkenning. Zie programma 4 (Mobiliteit) voor verdere toelichting over Knooppunt Leiden Centraal als onderdeel van het rijksproject Oude lijn en Knooppunten.
Op de volgende gebiedsontwikkelingen wordt hierna ingegaan:
• Rijnsburgerblok / Lorenz Fase 2
• De Geus
• Morspoortterrein, Morssingelblok en Trafolocatie
• Gebiedsmarketing, participatie en verduurzaming
Rijnsburgerblok / Lorenz fase 2
Het tweede deel van het Rijnsburgerblok is Lorentz fase 2. ABC Vastgoed is geselecteerd om deze ontwikkeling op te pakken. Het bouwplan bevat circa 13.000 m² bruto vloeroppervlakte aan kantoren met horecavoorzieningen in de plint en circa 4.000 m² bruto vloeroppervlak aan woningen. De kaders voor deze ontwikkeling blijven in principe binnen het uitvoeringsbesluit voor Rijnsburgerblok fase 1 en 2 en het vastgestelde bestemmingsplan. De bouw is naar verwachting medio 2026 gereed.
De Geus
Een grote bioscoop, horeca, kapperszaak, een Jumbo supermarkt én woningen op de hoek van het Stationsplein geven het Stationsplein de gewenste allure. In de kelder van het gebouw komt een openbare fietsenstalling die door gemeente wordt geëxploiteerd. De bouw is naar verwachting in de tweede helft van 2026 gereed, waarna de openbare ruimte wordt ingericht aan het Stationsplein en de Stationsweg. Op het Stationsplein vergroten we de veiligheid voor de fietsers door die te scheiden van de bussen.
Morspoortterrein, Morssingelblok en Trafolocatie
In oktober 2024 is gestart met de sloop van het kantoorgebouw Stationsplein 107. In oktober 2025 wordt gestart met het bouwen van het eerste bouwdeel. Voor de nieuwe ondergrondse Morspoortterreingarage is in oktober 2024 een kaderbesluit genomen.
Voor het Morssingelblok (H-kavels) lopen gesprekken met de eigenaar van de Stationspleinflat voor sloop/nieuwbouw. De gemeente heeft medio 2023 met Urban Interest, eigenaar van de Stationspleinflat, een Intentieovereenkomst gesloten voor de herontwikkeling van de Stationspleinflat en het achterliggende parkeerterrein. Het doel is om te komen tot een realisatie van ten minste 420 nieuwe woningen en winkels. Ook de realisatie van 75 sociale huurwoningen op een van de kavels van het Morspoortterrein maakt onderdeel uit van deze overeenkomst. Na het sluiten van de Intentieovereenkomst wordt er gewerkt aan drie producten: een samenwerkingsovereenkomst (SOK) waarin de afspraken concreet worden gemaakt, een Grondexploitatie en een Stedenbouwkundig Plan. De haalbaarheid van deze ontwikkeling zal nog moeten worden aangetoond. Deze laatste twee producten zullen door de Gemeenteraad vastgesteld moeten worden. Na de besluitvorming over deze drie producten zal in de periode 2025 en 2026 gewerkt worden aan een omgevingsplan en bouwplanuitwerking, het uitplaatsen van huurders en het voorbereiden van de sloop en het bouwrijp maken. De sloopwerkzaamheden zijn gepland in 2027 en de start van de realisatie van de woningen in 2028.
De Trafolocatie maakt nu nog onderdeel uit van de MIRT verkenning Knooppunt Leiden Centraal en wordt op een later moment verder uitgewerkt.
Gebiedsmarketing, participatie en verduurzaming
Het Stationsgebied is een prominent project binnen Leiden. De gebiedsmarketing wordt geleidelijk aan uitgebouwd, geïntegreerd met participatie, met als uiteindelijk doel dat de inwoners van Leiden trots zijn op hun Stationsgebied. Zo wordt de MIRT-verkenning Knooppunt Leiden Centraal samen met experts, betrokken partijen en omgevingspartijen (bewoners, ondernemers, reizigers, instellingen, recreanten, etc.) uitgevoerd. Hiervoor zijn een gebruikerspanel en een adviesteam samengesteld en worden bewonersavonden georganiseerd.
Ook op het schaalniveau van de Oude Lijn zijn bewoners geraadpleegd volgens de methode van Participatie Waarde Evaluatie (PWE). Voor de projecten in uitvoering zijn informatieavonden georganiseerd voor de actuele ontwikkelingen van onder andere De Geus.
The Field is een duurzame ontmoetingsplek in het gebied en brengt, daar waar de mogelijkheid zich voordoet, met tijdelijke invullingen reuring in het gebied. In dit project werken we samen met stakeholders om op een creatieve en innovatieve manier de Leidse entree te vergroenen en als duurzaam verstedelijkingsgebied op de kaart te zetten.
In april 2023 heeft de gemeenteraad het kaderbesluit met daarbij de integrale gebiedsvisie (project genaamd “Park de Zwijger”) en een geïntegreerde oplossing voor het deeltracé Leidse Ring Noord-Willem de Zwijgerlaan (project LRN) vastgesteld. De gebiedsontwikkeling ligt ingesloten tussen de IJsselmeerlaan/Sumatrastraat/Surinamestraat, Curaçaostraat, Pieter Bothstraat en Joop Vervoornpad. In het beleidsakkoord 2022-2026 “Samen leven in Leiden” staat dit gebied benoemd bij de top vier van kansrijke focuslocaties voor woningbouw. Voor dit project is voorlopig € 8,3 miljoen beschikbaar gesteld aan subsidies (Woningbouwimpulssubsidie en Versnellingsimpuls Mobiliteitsfonds) door het Rijk. Voor met name de verbetering van de fietsinfrastructuur worden subsidiemogelijkheden bij de provincie Zuid-Holland onderzocht.
Op basis van de vastgestelde kaders, wordt er in de komende jaren invulling gegeven aan de transformatie van het gebied. De bouwplannen worden door de woningcorporaties in nader te bepalen volgorde via de ontwerpfase verder gebracht, waarbij aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het ruimtelijk besluit te nemen. Het eerste bouwplan betreft "Touw" van Ons Doel. Daarvoor is in 2024 de wijziging van het bestemmingsplan in procedure gebracht en zullen de eerste funderingswerkzaamheden starten in december 2025. Dit is van belang voor het tijdig halen van de deadline die is gekoppeld aan de verkregen WBI-subsidie. In 2024 is toegewerkt naar een vervolgovereenkomst met de corporaties waarin nadere afspraken over de rolverdeling en (financiële) verantwoordelijkheden in het vervolgproces worden vastgelegd. Ook is toegewerkt naar het afronden van de raamovereenkomst CV Kooiplein e.o..
In 2025 wordt gestart met de ontwerpfase van de volgende deelgebieden. De bovenwijkse investeringen, waaronder de aanleg van de verlengde Kooilaan en de verdiepte ligging, zijn onderdeel van het project LRN. Voor dat project zal in 2025 een Uitvoeringsbesluit aan de gemeenteraad ter besluitvorming worden voorgelegd. Bij de transformatie van het gebied komen veel (ontwerp)uitdagingen en belangen bij elkaar, wat interessante kansen biedt maar ook nauwe afstemming vraagt. Daarbij is er extra aandacht voor de integraliteit van de gebiedsontwikkeling met de LRN inclusief bijbehorende participatie met de omgeving (bewoners, (wijk)verenigingen en bedrijven). Voor beide gemeentelijke projecten is één participatieplan gemaakt gericht op deze geïntegreerde aanpak. Ook wordt de participatie voortgezet in nauwe samenwerking met de corporaties (en met marktpartijen wanneer die actief worden in het gebied). Tot slot bieden de kaders van de gebiedsvisie ruimte om invulling te geven aan deelgebied 1 en 2 ten noorden van de Kooilaan van het al langer lopende project Kooiplein e.o., waarmee de kans op ontwikkeling wordt vergroot.
Het Entreegebied wordt het kloppende hart van het Leiden Bio Science Park, met als belangrijke uitdaging de toevoeging van een groot aantal woningen en stedelijke voorzieningen. De autoluwe zone biedt veel ruimte voor groen, ondanks de hoge bebouwingsdichtheid. Rondom de gebouwen komen tuinen met inheemse bomen en planten en vijvers. De eerste twee gebouwen met 703 studentenwoningen zijn in 2023 opgeleverd. In overleg met de gemeente en de universiteit werkt de ontwikkelaar in 2025 verder aan de uitwerking van de bouwplannen voor de verschillende kavels van het Entreegebied. Om de plannen juridisch planologisch mogelijk te maken wordt een wijziging gemaakt op het omgevingsplan of wordt afgeweken van het bestemmingsplan met een omgevingsvergunning. Naar verwachting start eind 2025 de bouw van kavel 3 en 8 van het Entreegebied. Ook wordt in 2025 het volgende gebouw opgeleverd met 150 sociale huurwoningen voor internationale medewerkers van de universiteit en 56 midden- en vrije sector huurwoningen.
Het verkeersonderzoek, dat in het kader van het programma Autoluwe Binnenstad is uitgevoerd, heeft geleid tot het inzicht dat er aanpassingen op het bestaande wegennet in Stadsentree West nodig zijn om de toekomstige verkeersstromen te faciliteren. Dit is nadelig voor de ontwikkelmogelijkheden in Westerpoort. Doordat er in de toekomst sprake zal zijn van een zwaardere verkeersbelasting, is verbreding van het wegprofiel van de Haagse Schouwweg nodig en worden de mogelijkheden voor de ontsluiting van Westerpoort beperkt. Het gevolg is dat de plannen voor de gebiedsontwikkeling Westerpoort moeten worden herzien. Naar verwachting wordt de daarop aan te passen Gebiedsvisie Westerpoort in de eerste helft van 2025 vastgesteld in de gemeenteraad. Aansluitend hierop kan een samenwerkingsovereenkomst met de vastgoedeigenaar van de Holiday Inn locatie worden uitgewerkt en vastgesteld en kan er een start worden gemaakt met het opstellen van de bouwplannen voor de eerste delen van de gebiedsontwikkeling. Parallel hieraan wordt de Paardenweide-locatie gedurende de periode 2025 – 2030 beschikbaar gesteld aan het COA voor de vestiging van een tijdelijk AZC.
Omdat er meerdere initiatieven in het gebied speelden, heeft de gemeente een gebiedsvisie voor het Vondelkwartier opgesteld. Eind 2020 heeft de gemeenteraad de Gebiedsvisie vastgesteld. Binnen de Gebiedsvisie Vondelkwartier zijn kavels opgenomen die ontwikkeld kunnen worden door de eigenaar/ontwikkelaar. Deze kavels zijn:
• Motorhuislocatie, eigenaar Stichting De Vijf Beuken/projectontwikkelaar GCCF/FSD
• Paviljoenlocatie, eigenaar Gemeente leiden, projectontwikkelaar Spuigroep B.V.
• Mercedes-IJshallocatie, eigenaar/erfpachter en ontwikkelaar Westelijke Investment B.V.
• ROC en gezondheidscentrum-locatie, eigenaar Gemeente Leiden
Ontwikkelaar FSD is begin 2021 gestart met de ontwerpfase. Het bestemmingsplan is in 2024 aan de raad voorgelegd. Voor wat betreft de Mercedeslocatie ligt het initiatief bij Westelijke Investment. De eerste stap in dit traject zal een intentieovereenkomst tussen de gemeente en Westelijke Investment zijn. Voor het ROC/Gezondheidscentrum gaat de gemeente de mogelijkheid van sloop/nieuwbouw onderzoeken. Hierover is de gemeente in gesprek met de huurders.
In 2025 wordt gestart met de voorbereidingen van de bouw door het verleggen van kabels en leidingen. Het Singelpark gedeelte van het Energiepark is ondertussen tijdelijk ingericht en wordt na de bouwactiviteiten definitief ingericht. Onder de noemer Stadmaken worden sinds 2023 ook activiteiten georganiseerd met onder andere zittende ondernemers, omwonenden en andere stakeholders. Leegstaande ruimtes worden tijdelijk gevuld met functies die passen bij de toekomst van het Energiepark, zoals een houtbewerkingsatelier voor de cliënten van de maatschappelijke opvang in Loods C. en de huisvesting van ambachtelijke makers in het Stadsbouwhuis met het oog op het toekomstig te realiseren Makershuis.
Voor het voormalig bedrijfsterrein Wernink betoncentrale is een herontwikkelingsplan voor een gemengd stedelijk woonmilieu gemaakt met de huidige erfpachter/ontwikkelaar ABB. Op 14 februari 2023 is het ontwerpbestemmingsplan ter visie gelegd en is de gemeenteraad geïnformeerd over het vervolgproces van de ontwikkeling met ABB. Daarna is hard gewerkt om met ABB overeenstemming te krijgen over de ontwikkeling van het Werninkterrein en een anterieure overeenkomst hiervoor te sluiten. Helaas kon er geen overeenstemming worden bereikt en is het project on hold gezet en financieel afgesloten.
Op 9 november 2023 heeft de gemeenteraad een motie aangenomen om in te zetten op een snelle doorstart van het Werninkterrein en hiervoor met een strategie te komen. Ondertussen heeft ontwikkelaar ABB samenwerking gezocht met een andere ontwikkelaar: Niersman B.V.. Er is nieuw budget beschikbaar gesteld vanuit het krediet initiatieven derden om de komende maanden de haalbaarheid verder te onderzoeken of wij alsnog tot een doorstart van de ontwikkeling van het Werninkterrein kunnen komen. Dit onderzoek moet resulteren in een anterieure overeenkomst met de ontwikkel- en bouwcombinatie. Indien een doorstart mogelijk blijkt kan waarschijnlijk in 2025 het bestemmingsplan aan de gemeenteraad worden aangeboden.
Ontwikkelaar RED Company wil aan de Willem de Zwijgerlaan het woningbouwplan LEAD realiseren. Het plan omvat drie woontorens, waarvan één solitair en twee op een getrapte onderbouw, een ondergrondse parkeergarage, ondersteunende en maatschappelijke voorzieningen in de plint en een parkachtige herinrichting van de directe woonomgeving. Het beoogde woonprogramma heeft een omvang van 580 woningen, waarvan tenminste 25% sociale huurwoningen en een deel gericht op starters. Naast het substantiële toe te voegen woonprogramma is er veel aandacht voor duurzaamheid en toekomstgerichte mobiliteit. In 2024 zijn de voorbereidingen voor de nieuwbouw getroffen zoals het verleggen van kabels en leidingen en de start van de bouw van een nieuwe telecomvoorziening. Het jaar 2025 staat in het teken van de start van de bouw van de parkeergarage en woongebouwen.
Op basis van actuele gemeentelijke beleidskaders, in plaats van die uit 2006, worden in 2025 nieuwe uitgangspunten opgesteld. Ook wordt de samenwerking met Ballast Nedam Ontwikkeling verder voortgezet en worden concrete vervolgstappen in het proces gezet voor de uiteindelijke afronding van de wijk Groenoord. Deze vervolgstappen worden gecontinueerd in 2025.
Eind 2025 wordt deelproject Huis van de Buurt Fase 1 opgeleverd. Voor het deelproject ‘Vijfhoven’ wordt in februari de ontwikkelende partij bekend en start het ontwerpproces en de benodigde procedure voor de nieuwe woningbouw met kinderopvang. De aanbesteding voor het nieuwe speelpark wordt gedaan en eind 2025 start de realisatie van de eerste fase. Voor het laatste deelproject van de gebiedsontwikkeling, het ‘Centrumgebied’, wordt het uitvoeringsbesluit voor de zomer van 2025 verwacht.
Het bestemmingsplan voor dit transformatieproject met 420 woningen en commerciële voorzieningen is op 1 februari 2024 door de gemeenteraad vastgesteld. Er is door één appellant beroep ingesteld tegen het vastgestelde bestemmingsplan. In april 2024 heeft de gemeente het beroepschrift ontvangen, het verweer is voorbereid door de gemeente. Doordat het bestemmingsplan is gecoördineerd met de verleende omgevingsvergunning, is er ook beroep ingesteld tegen de omgevingsvergunning. Het is onbekend wanneer de zitting van de Raad van State plaatsvindt. De eigenaar/ontwikkelaar onderzoekt de mogelijkheden om de uitvoering gefaseerd op te pakken. Dit heeft ook gevolgen voor de verdere aanpak en uitvoering van de herinrichting van de openbare ruimte Verbeekstraat.
De corporaties Portaal en de Sleutels hebben het initiatief genomen om de haalbaarheid te onderzoeken van het slopen en nieuwbouwen van hun meergezinswoningen in een groot deel van de Rivierenbuurt in Meerburg. Het gaat om een plangebied met daarbinnen twaalf aan elkaar grenzende portiek- en galerijflats. De ontwikkeling gaat uit van sloop en nieuwbouw van de 260 bestaande sociale huurwoningen en het toevoegen van circa 220 huurwoningen.
Na vaststelling van de kaders uit de gebiedsvisie en een investeringsbeslissing door de corporaties, wordt de uitwerking tot wijziging van het omgevingsplan gestart. Binnen de vastgestelde kaders en uitgangspunten ontwikkelen de betrokken corporaties Sleutels en Portaal vervolgens hun bouwplannen. De gemeente probeert om samen met de beide corporaties de ontwikkeling zodanig te organiseren dat een treintje ontstaat van opeenvolgende deelprojecten, waarbij bestaande bewoners zoveel mogelijk in het gebied kunnen blijven wonen, conform het doel van motie Treintje in Meerburg (M.23.0049.62).
Ook het ontwerp voor de inrichting van de openbare ruimte wordt verder uitgewerkt. Hierbij worden de werkzaamheden afgestemd met het project duurzame wijkvernieuwing Meerburg, gelet op de noodzakelijke vervanging van de ondergrondse infrastructuur in de wijk. Het opengraven van de bodem biedt naast de mogelijke implementatie van duurzamere vormen van energieopwekking en -levering ook koppelkansen voor het meer klimaatadaptief en biodivers inrichten van de buitenruimte. Dit is de opmaat naar een toekomstbestendige duurzame wijk met een ruimer woningaanbod.
In samenwerking met de woningbouwcorporaties wordt toegezien op het rechtmatig gebruik van sociale huurwoningen. De beschikbaarheid van de woningvoorraad aan sociale huurwoningen wordt hiermee onder andere bewaakt.
Effectindicator | Realisatie | Streefwaarden | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |||
Doel 6C1 Hogere kwaliteit en toename van de woningvoorraad | ||||||
6C1.a Toename aantal huurwoningen (excl. studentenwoningen) | 782 (2021) 721 (2022) 332 (2023) | 501 | 802 | 2.158 | 1.325 | Monitor71 2022* |
6C1.b Toename aantal zelfstandige studentenwoningen | 232 (2021) 0 (2022) 992 (2023) | 0 | 48 | 0 | 0 | Monitor71 2022* |
6C1.c Toename aantal zelfstandige studentenwoningen | 0 (2021) 0 (2022) 0 (2023) | 0 | 0 | 0 | 0 | Monitor71 2022* |
6C1.d Toename aantal koopwoningen | 49 (2021) 276 (2022) 58 (2023) | 58 | 122 | 546 | 547 | Monitor71 2022* |
6C1.e Aantal vernietigde woningen | 122 (2021) 125 (2022) 107 (2023) | 217 | 14 | 159 | 206 | Monitor71 2022* |
6C1.f Gemiddelde WOZ waarde | € 345.000 (2022) € 390.000 (2023) € 394.000 (2024) | - | - | - | - | CBS** |
6C1.g Nieuw gebouwde woningen per 1.000 woningen | 16,5 (2021) 13,1 (2022) 19,4 (2023) | - | - | - | - | CBS** |
6C1.h Gemeentelijke woonlasten eenpersoonshuishouden | € 875 (2022) € 913 (2023) € 984 (2024) | - | - | - | - | COELO** |
6C1.i Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden | € 1.172 (2022) € 1.226 (2023) € 1.324 (2024) | - | - | - | - | COELO** |
*In dit bestand registreert de gemeente adresmutaties die van invloed zijn op de voorraad woningen en de voorraad bedrijfsruimte. ** Deze BBV-indicator is landelijk verplicht. De realisatiewaarden staan op waarstaatjegemeente.nl. Vanwege deze wettelijk opgelegde werkwijze zien we af van het opnemen van streefwaarden.